De verkoop van de compressor moet gebeuren voor de leidingen
die geschikt zijn en overeenstemmen met de eisen van de lokale
wetgeving.
4
OPBLAASPISTOOL
Voor het opblazen van banden, opblaasboten, luchtbedden, ballen en
dergelijke
Attentie: Richt de persluchtstraal nooit op mensen of dieren.
Het opblazen van voorwerpen boven de aangeraden druk kan gevaarlijk
zijn en schade aan de voorwerpen zelf en/of letsel aan personen
veroorzaken.
Het pistool is niet geschikt voor het opblazen van banden van voertuigen.
Daarvoor wordt het hiervoor goedgekeurde opblaaspistool geadviseerd,
dat apart aangeschaft kan worden.
GEBRUIK
1) Sluit het opblaaspistool 11 op de compressor aan zoals aangegeven
in het hoofdstuk '2 - AANSLUITING VAN DE ACCESSOIRES OP DE
COMPRESSOR'.
2) In geval van opblazen van banden en sommige fietsbanden is het niet
nodig om een adapter aan te brengen (fig. 7). Druk op het lipje E (fig. 5)
en sluit de slang van het pistool op de band aan, door het koppelstuk op
het ventiel te drukken en het lipje los te laten.
3) Blaas de band op door op de hendel te drukken F (fig. 6). Laat de hendel
los en lees op de manometer G van het pistool de bereikte druk af.
Herhaal de handeling totdat de gewenste druk wordt bereikt. In geval van
overmatig opblazen kan de druk verlaagd worden door op de knop H te
drukken.
Attentie: houd de hendel niet te lang ingedrukt zonder de bereikte
druk te controleren, want dit kan het ontploffen van het voorwerp dat u
opblaast tot gevolg hebben.
4) In geval van opblazen van voetballen, opblaasboten, sommige
fietsbanden, luchtbedden en opblaasbadjes voor kinderen moet een
adapter worden gebruikt (fig. 7).
Adapter 8 wordt voor voetballen gebruikt.
Adapter 9 wordt voor opblaasboten, luchtbedden en kinderzwembadjes
gebruikt.
Adapter 10 wordt voor sommige fietsbanden gebruikt.
Kies de juiste adapter en druk deze in de opblaasslang door op het lipje
E (fig. 8) te drukken. Laat dit lipje los zodra adapter is ingebracht.
Draai vervolgens de adapter iets rechtsom om hem vast te zetten.
5) Blaas het voorwerp op zoals beschreven onder punt 3).
RAADGEVINGEN VOOR GEBRUIK
Gebruik het opblaaspistool minstens eens per twee weken om te controleren
of de banden op de juiste druk zijn. Dit vermindert het brandstofverbruik,
verhoogt de levensduur van de banden en verhoogt de veiligheid omdat de
remweg afneemt en de manoeuvreerbaarheid van het voertuig toeneemt.
ONDERHOUD
Reinig het opblaaspistool en de adapters niet met oplosmiddelen,
ontvlambare of giftige vloeistoffen.
5
BLAASMOND
Voor het verwijderen van stof en vuil
Attentie: het wordt aangeraden om een veiligheidsbril te dragen wanneer
men het blaaspistool gebruikt.
Richt de persluchtstraal nooit op mensen of dieren. Let erop dat u niet stof
en vuil naar u zelf of andere personen blaast.
GEBRUIK
1) Draai de opblaasslang (B) van het lichaam van het opblaaspistool (A) los
(B) (fig. 1). Schroef de blaasmond (13) op het lichaam van het pistool en
trek hem stevig aan (fig. 2). Om deze handelingen te vereenvoudigen,
kan het gebruik van een steeksleutel nodig zijn.
2) Sluit het pistool op de compressor aan, zoals aangegeven in hoofdstuk
«2 – AANSLUITING VAN DE ACCESSOIRES OP DE COMPRESSOR».
3) Richt het pistool op het te reinigen oppervlak en druk op de hendel F
(fig. 9). De luchtstroom kan gevarieerd worden door de hendel F meer of
minder in te drukken.
RAADGEVINGEN VOOR GEBRUIK
De tapijten thuis of de matten van de auto kunnen zeer doeltreffend gereinigd
worden met het blaaspistool. Het blaaspistool is ook ideaal voor het reinigen
van toetsenborden, elektrische apparatuur, koelkasten, fototoestellen,
glazen voorwerpen en filters van de stofzuiger (fig. 10).
Attentie: in geval van delicate apparatuur of precisieapparatuur
(videocamera's, lenzen, etc) moet de druk van de straal op de
minimumwaarde zijn afgeregeld.
ONDERHOUD
Reinig het blaaspistool niet met oplosmiddelen, ontvlambare of giftige
vloeistoffen.
6
ANDERE GEBRUIKSMOGELIJKHEDEN
Er zijn nog andere gebruiksmogelijkheden waarvoor accessoires apart
kunnen worden aangeschaft.
18