4.1.c - Elektrische aansluiting (alleen
voor E versie) (Afb. 6)
-
Monteer de haak met draad (37) op het
handvat (1).
-
Steek de kabel (42) (indien aanwezig)
van een verlengsnoer, in de haak clips
(38), en draai deze zoals aangegeven in
de figuur.
-
Bevestig de haak (38) met een klem (37)
en de contactdoos (43) van de uitbreiding
(42) op de tap (44) van het apparaat.
-
Sluit het netsnoer aan op een stopcontact
met een minimale rating van 10A.
WAARSCHUWING:
-
Verzeker u ervan dat de elektrische
installatie deugdelijk is en minimaal
voorzien is van een aardlekschakelaar
(type stoppenkast).
-
Rol de elektrische voedingskabel he-
lemaal uit voordat u het apparaat in
werking stelt.
-
Maak uitsluitend gebruik van een
deugdelijk elektrisch verlengsnoer als
deze een vergelijkbare waarde heeft,
die past bij het vermogen van de ma-
chine.
-
Laat de voedingskabel nooit over
scherpe randen bewegen en voorkom
dat u hem plet.
4.1.d - Montage borstel (Afb. 7)
-
Plaats de borstel (35) op de grond.
-
Hef de voorkant van de machine op door
het handvat (1 Afb. 1) omlaag te drukken
en verwij-der het piepschuim blok (45).
-
Breng de flens (12) in positie boven de
borstel (35).
-
De knop (26 Afb. 1) indrukken. De knop
licht op. Daarna op de hendels (4 Afb. 1)
drukken waardoor de rotatie van de bor-
stel op gang komt, totdat men de ''KLIK''
hoort . Dit geeft aan dat de borstel is vast-
geklikt. De hendels (4 Afb. 1) loslaten en
de knop (26 Afb. 1) indrukken. De knop
gaat uit.
All manuals and user guides at all-guides.com
Gebruik alleen borstels die zijn geleverd
door de fabrikant en bij dit model machi-
ne horen.
Het gebruik van andere soorten borstels
kan de veiligheid van de machine in ge-
vaar brengen.
Laad de batterijen op in een goed geventi-
leerde ruimte, volgens de van kracht zijn-
de wetgeving van het land van gebruik.
Houdt u voor informatie over de veilig-
heid aan hetgeen in hoofdstuk 1.2 van
deze hand-leiding beschreven wordt.
Houdt u voor de informatie en waarschu-
wingen betreffende de batterijen en de
batterijlader aan hetgeen in de handlei-
ding van de batterij en batterijlader, die
bijgesloten is, beschreven staat.
-
-
Controleer of de netspanning overeen-
stemmend met de bedrijfsspanning van
de batterijlader is.
-
Het opladen van de accu's vereist 10 uur.
Voorkom het gedeeltelijk opladen van de
accu's.
NL - 5
WAARSCHUWING:
5.1 DE BATTERIJ
OPLADEN (Alleen voor BC
versie) (Afb. 8)
GEVAARLIJK:
WAARSCHUWING:
Plaats de machine in de nabijheid van
een stopcontact.
Rol de kabel (46) uit en steek de stekker
in het stopcontact.
WAARSCHUWING:
Laat de batterijen opladen tot de led (47)
"Groen" begint te branden. Koppel ver-
volgens de voedingskabel (46) los en rol
hem weer op zijn plek op.
OPMERKING:
NL