B
˚C
C
TEMP.
3
MENU
ON/OFF
2
BACK
MONITOR/SET
DAY
PAR-21MAA
CLOCK
Voordat u het apparaat gaat gebruiken
•
Gebruik het apparaat pas nadat het bericht "PLEASE WAIT" is verdwenen. Het
bericht "PLEASE WAIT" wordt korte tijd weergegeven op de B-display (maxi-
maal 3 minuten) wanneer u het apparaat aanzet en na een stroomonderbreking.
Dit duidt niet op een defect van de airconditioner.
•
Als het binnenapparaat op verwarmen staat terwijl het buitenapparaat aan het
ontdooien is, dan start de verwarming pas nadat de ontdooiing van het buiten-
apparaat beëindigd is.
3.1. Het apparaat in- en uitschakelen
s s s s s Het apparaat aanzetten:
1. Druk op de knop AAN/UIT 1.
Het Aan-lampje A gaat branden.
s s s s s Het apparaat uitzetten:
1. Druk nogmaals op de knop AAN/UIT 1.
Het Aan-lampje A gaat uit.
•
U mag de stroomvoorziening niet uitschakelen als de airconditioner aanstaat.
Dit kan ervoor zorgen dat het apparaat defect gaat.
•
Zelfs als u direct op de AAN/UIT-toets drukt nadat u de air-conditioner net
uitgeschakeld hebt, zal het apparaat voor ongeveer drie minuten niet starten.
Dit is om te voorkomen dat interne onderdelen schade oplopen.
•
Als het apparaat wordt uitgeschakeld door een stroomonderbreking, start het
apparaat niet automatisch opnieuw nadat de stroom is hersteld. Druk op de
knop AAN/UIT op het apparaat weer aan te zetten.
3.2. Kiezen van de werkingsstand
1. Als het apparaat is uitgeschakeld, druk dan op 1 AAN/UIT om het aan te
zetten.
Het Aan-lampje A gaat branden.
2. Druk op Operation mode (
stand.
B
s
(COOL) Koelen
(DRY)
Drogen
(FAN)
Ventileren
(HEAT)
Verwarmen
(AUTO)
Automatisch (koelen/verwarmen)
Voor koelen
Druk op de knop [Standselectie] 2 2 2 2 2 en breng de "
scherm.
Voor drogen
Druk op de knop [Standselectie] 2 2 2 2 2 en breng de "
scherm.
•
Het apparaat kan niet drogen bij een kamertemperatuur van minder dan 18 °C.
Voor de ventilator
Druk op de knop [Standselectie] 2 2 2 2 2 en breng de "
scherm.
•
De functie van de ventilator is om lucht in de kamer te laten circuleren.
•
De temperatuur van de kamer kan niet ingesteld worden als het apparaat op
de ventilatorstand staat.
Voorzichtig:
Stel uw nooit voor langere perioden bloot aan koele lucht. Teveel blootstelling
aan koele lucht is slecht voor uw gezondheid en moet daarom vermeden
worden.
62
E
D
˚C
A
SIMPLE
ON/OFF
1
FILTER
4
CHECK
TEST
OPERATION
CLEAR
) 2 en kies de gewenste werkings-
COOL" display op het
DRY" display op het
FAN" display op het
Drogen
Het drogen is een door een microcomputer gestuurd ontvochtigingsproces dat
excessieve luchtkoeling regelt op basis van de door u ingestelde kamertempera-
tuur. (Kan niet gebruikt worden bij verwarmen.)
1. Totdat de door u gewenste kamertemperatuur is bereikt, reageert de compressor
in samenhang met de binnenventilator op de veranderingen van de kamer-
temperatuur en gaat automatisch aan en uit.
2. Als de door u gewenste kamertemperatuur is bereikt dan stopt zowel de
compressor als de binnenventilator.
Daarna gaan na 10 minuten de compressor en de binnenventilator telkens
voor 3 minuten weer aan om de luchtvochtigheid laag te houden.
Voor verwarmen
Druk op de knop [Standselectie] 2 2 2 2 2 en breng de "
scherm.
Met betrekking tot displays in de verwarmingsstand "DEFROST"
Wordt slechts weergegeven tijdens ontdooien.
"STAND BY"
Dit wordt weergegeven vanaf het moment dat u het apparaat op de verwarmings-
stand zet totdat er warme lucht uitgeblazen wordt.
Voor automatisch (koelen/verwarmen)
Druk op de knop [Standselectie] 2 2 2 2 2 en breng de "
scherm.
Voorzichtig:
•
Als de airconditioner in dezelfde ruimte samen met gasbranders wordt
gebruikt, dan moet u ervoor zorgen dat de ruimte grondig geventileerd
wordt. Onvoldoende ventilatie kan door zuurstoftekort tot ongelukken
leiden.
•
Plaats een gasbrander nooit in de (uitblaas)luchtstroom van de
airconditioner.
Als dit toch gebeurt kan dit tot onvolledige verbranding van de gasbrander
leiden.
•
De microcomputer werkt in de volgende gevallen:
•
Er wordt geen lucht uitgeblazen als u het apparaat op verwarmen zet.
- Om te voorkomen dat er koele lucht ontsnapt.
Wacht een ogenblik totdat de luchtstroom er normaal uitgeblazen wordt.
3.3. De temperatuur instellen
s Om de kamertemperatuur te verlagen:
1. Druk op 3
om de gewenste temperatuur in te stellen.
De ingestelde temperatuur C wordt weergegeven.
•
De temperatuurinstelling gaat elke keer als u de toets drukt met 1 °C omlaag.
s s s s s Om de kamertemperatuur te verhogen:
1. Druk op 3
om de gewenste temperatuur in te stellen.
De ingestelde temperatuur C wordt weergegeven.
•
De temperatuurinstelling gaat elke keer als u de toets drukt met 1 °C omhoog.
•
Het beschikbare temperatuurbereik dat ingesteld kan worden is:
Koelen & Drogen: 19 - 30 °C
Verwarmen:
17 - 28 °C
Automatisch:
19 - 28 °C
Het display knippert op 8 °C of op 39 °C ten teken dat de kamertemperatuur E
•
onder 8 °C of boven 39 °C ligt. Wanneer de temperatuur onder de 8 °C of
boven de 39 °C komt, wordt die temperatuur (8 °C of 39 °C) knipperend op het
scherm getoond.
3.4. Keuze van de ventilatorsnelheid
1. Druk op de
oets 4 om de gewenste ventilatorsnelheid te kiezen.
•
Telkens wanneer u de toets indrukt, veranderen de beschikbare mogelijkheden
die worden aangegeven in het scherm D van de afstandsbediening, zoals
hieronder getoond.
Scherm van de afstandsbediening
Model
Ventilatorsnelheid
PEA-200,
2-stappen
250
PEA-400,
1-stap
500
De ventilatorsnelheid en de aanduiding ervan op het apparaat zullen verschillen,
onder de volgende omstandigheden:
•
Wanneer de STAND BY (ruststand) en DEFROST (ontdooien) aanduidingen
zichtbaar zijn.
•
Onmiddellijk na de verwarmingsstand (tijdens de wachttijd voor het
overschakelen naar een andere stand).
•
Wanneer de temperatuur in de kamer hoger is dan de temperatuursinstelling
van het apparaat in de verwarmingsstand.
HEAT" display op het
AUTO" display op het
TEMP.
Laag
Hoog
▼
Geen aanduiding