Gebruiksaanwijzing
6.2 In-/uitschakelen van de spanningsomvormer
1� Zet de Aan/Uit-schakelaar (8) aan (ON).
Als de bedrijfs-LED (5) brandt, is de spanningsomvormer klaar voor ge-
bruik.
2� Als de Fout-LED (6) brandt, schakelt u de spanningsomvormer uit door op
de Aan/Uit-schakelaar (OFF) te drukken.
3� Lees het hoofdstuk „Problemen oplossen"�
6.3 Gebruik van 230 V AC-uitgangen
Gebruik alleen apparaten die zijn uitgerust met een veiligheidsstekker of met Eu-
ropese kabelaansluitingen�
Gebruik beide AC-uitgangen voor belastingen > 2000 W�
1� Zet de spanningsomvormer aan (ON).
2� Zorg ervoor dat het aan te sluiten apparaat is uitgeschakeld.
3� Sluit de stekker van het aan te sluiten apparaat aan op de 230 V AC-uit-
gang (7) van de spanningsomvormer�
NL
6.4 Gebruik van de 5 V USB DC uitgang
ATTENTIE!
Sluit geen geheugensticks, MP3-speler of soortgelijke externe gegevensopsla-
gapparaten aan�
1� Zet de spanningsomvormer aan (ON).
2� Sluit een USB-apparaat aan op de USB 5 V DC-connector (9)�
De DC-uitgang USB 5 V van de spanningsomvormer levert 5 V DC-voe-
ding voor USB-apparaten zoals lampen, ventilatoren en radio's.
De DC-uitgang USB 5 V van de spanningsomvormer ondersteunt geen ge-
gevensoverdracht.
7
Ventilator
Om energie te besparen, werkt de ventilator alleen als
○ de belasting is > 30% van het nominaal vermogen van de omvormer
○ en/of de inwendige temperatuur van de omvormer is > 60 °C�
57
Materiële schade