de schakelaar en houd deze ingedrukt om het
oppompproces te starten; laat de drukschakelaar
los, wanneer de gewenste druk is bereikt.
6.3 Slaapmodus (afb. 7)
Het apparaat gaat in de slaapmodus, wanneer
het 5 minuten lang niet werd gebruikt. Om het
apparaat weer te activeren drukt u op de knop
'Eenheid overdruk/Wektoets' (15).
6.4 Compressor-persluchtbedrijf
(afbeelding 1a, 1b, 2, 7)
•
Gebruik om voorwerpen op te pompen met
perslucht de persluchtslang (5).
•
Verbind de adapter van de persluchtslang
met het op te pompen voorwerp.
•
Gebruik al naargelang toepassingsgeval
aanvullend de adapters (7, 8, 9) of andere in
de handel verkrijgbare adapters.
•
In het display (11) wordt de druk aan de
persluchtslang weergegeven.
•
Met de knop (15) kan de eenheid van de
weergegeven druk worden gekozen. De
eenheden [bar], [PSI] of [kPa] kunnen worden
weergegeven.
•
Met de knop (14) kan de gewenste druk
worden verlaagd.
•
Met de knop (16) kan de gewenste druk
worden verhoogd.
•
Schakel het apparaat in door de keuzescha-
kelaar (12) op persluchtbedrijf te zetten
(z. 6.1).
•
De compressor pompt dan tot aan de in het
display vooringestelde druk op en schakelt
daarna uit.
•
Waarschuwing! Houd rekening met de opga-
ven van de fabrikant van de banden en van
het voertuig over de aanbevolen banden-
spanning.
•
Waarschuwing! Dit apparaat is niet geijkt!
Controleer voor een geijkte meetwaarde na
het vullen de bandenspanning met een ge-
schikt meetinstrument, bijvoorbeeld bij een
tankstation.
•
Kort vóór het uitschakelen kan de in het dis-
play weergegeven druk wegens overdruk in
de luchtslang 0,05 – 0,2 bar hoger zijn dan de
gekozen druk.
•
Laat de compressor na een looptijd van
5 minuten telkens zo´n 5 minuten afkoelen
om oververhitting te vermijden.
Anl_PRESSITO_18_21_SPK13.indb 81
Anl_PRESSITO_18_21_SPK13.indb 81
NL
6.5 Blazer-lagedrukbedrijf
(afbeelding 1a, 3, 4)
6.5.1 Lucht afzuigen (afbeelding 3, 7)
•
Sluit om voorwerpen met een groter volume
(bijv. leegmaken van een luchtmatras enz.)
de luchtslang (3) aan op de afzuigaansluiting
(13).
•
Verbind de luchtslang met het leeg te maken
voorwerp.
•
Schakel het apparaat in door de keuzescha-
kelaar (12) op lagedrukbedrijf te zetten (z.
6.1).
•
Schakel het apparaat uit wanneer het voor-
werp voldoende is leeggemaakt.
6.5.2 Oppompen (afbeelding 4, 7)
Waarschuwing! Neem voor voorwerpen die
moeten worden opgepompt de opgaven en veilig-
heidsinstructies van de fabrikant in acht.
•
Sluit om voorwerpen met een groter volume
(bijv. vullen van een luchtmatras enz.) de
luchtslang (3) aan op de oppompaansluiting
(4).
•
Verbind de luchtslang met het op te pompen
voorwerp.
•
Schakel het apparaat in door de keuzescha-
kelaar (12) op lagedrukbedrijf te zetten (z.
6.1).
•
Schakel het apparaat uit wanneer het voor-
werp voldoende met lucht is gevuld.
7. Reiniging, onderhoud en
bestellen van wisselstukken
Gevaar!
Trek vóór alle schoonmaakwerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
7.1 Reiniging
•
Hou de veiligheidsinrichtingen, de ventila-
tiespleten en het motorhuis zo veel mogelijk
vrij van stof en vuil. Wrijf het toestel met een
schone doek af of blaas het met perslucht bij
lage druk schoon.
•
Het is aan te bevelen het toestel direct na elk
gebruik te reinigen.
•
Reinig het toestel regelmatig met een vochti-
ge doek en wat zachte zeep. Gebruik geen
reinigings- of oplosmiddelen; die zouden de
kunststofcomponenten van het toestel kun-
nen aantasten. Let er goed op dat geen water
in het toestel terechtkomt. Door binnendrin-
- 81 -
16.08.2021 09:17:21
16.08.2021 09:17:21