Nederlands
De verstoven brandstof wordt ontstoken door
een vonk tussen de elektroden. Het licht van
de vlam activeert een fotocel. Na het
verstrijken van de veiligheidsperiode, wordt
de ontsteking uitgeschakeld.
De magneetklep sluit als de heteluchtkachel
wordt uitgeschakeld, of als de vlam stopt ten
gevolge van een storing.
De ventilator blijft draaien totdat hij door een
thermostaat wordt uitgeschakeld: de
koelcyclus is voltooid.
2.3
Hoofdonderdelen (fig. 2 en 3)
A
Filter brandstoftank
B
Rooster
C
Ventilator
D
Elektromotor
E
Magneetklep
F
Elektrode (2x)
G Branderkop
H
Luchtschuif
I
Fotocel
J
Nakoelthermostaat
K
Branderkamer/warmtewisselaar
L
Uitlaatpijp
M Maximaalthermostaat
N
Brandstoftank (niet voor ITAS serie)
O Aftapplug
P
Aan-/Uitschakelaar
Q Resetschakelaar
R
Identificatieplaat
S
Luchtinlaat brander
T
Brandstofpomp
U
Aansluiting voor ruimtethermostaat
V
Kabel met steker
W Brandstoffilter
X
Duwbeugel
2.4
Accessoires
•
Schoorsteen met regenkap
•
Tankverwarming
•
Thermostaat voor ruimtetemperatuur
•
Enkelvoudige uitlaat met leiding
•
Meervoudige uitlaat met leiding
•
Wielen met luchtbanden
8
8
3
3.1
1. Verwijder de verpakking van de
heteluchtkachel.
3.2
1. Zorg ervoor dat de heteluchtkachel
horizontaal staat.
2. Vul de tank met brandstof.
3. Zorg dat er voldoende afstand is tussen
de muur en de luchtinlaat. De afstand
moet minimaal 1 m. zijn.
4. Zorg ervoor dat de verwarmde lucht
ongehinderd kan doorstromen. De
afstand tussen de uitlaat en een
eventueel obstakel moet minimaal 2 m.
zijn.
5. Controleer het ventilatie-oppervlak: per
kW is een oppervlak van 25 cm
6. Controleer de aansluiting van de
ruimtethermostaat.
Verwijder het dopje niet, als u geen
ruimtethermostaat gebruikt.
4
0
0 .
2
0
0 .
0
5
-
e r
. v
0
7
40.019.005 rev 00 - 2013
VOORBEREIDINGEN
Verpakking verwijderen
Installatie
VOORZICHTIG
Gebruik uitsluitend dieselolie of
petroleum.
VOORZICHTIG
•
Wees voorzichtig bij het vullen
van de tank. Verwijder eventuele
gemorste olie van de
heteluchtkachel en van de vloer.
•
Dieselolie heeft de neiging dikker
te worden bij lage temperaturen.
Hierdoor kunnen de filters
verstopt raken. Voeg maximaal
15% petroleum aan de brandstof
toe bij temperaturen lager dan
-5 °C, of zorg dat de brandstof
vorstvrij is, of gebruik de
(optionele) tankverwarming.
-
2
0
1 1
2
nodig.
T I
/ A
T I
A
S
ITA 45/75 ROBUST