Gebruik
Ga op de bestuurdersstoel zitten.
Doe de veiligheidsgordel om.
Start de motor.
Ontgrendel de parkeerrem.
Om weg te rijden, trapt u op het rijpedaal [A]
resp. [B].
Opmerking
Hoe verder u het rijpedaal intrapt, des te
sneller rijdt het apparaat.
Apparaat stoppen
Om het apparaat te stoppen, neemt u de voet van
het rijpedaal [A] resp
staan komt.
Maaiwerk in- resp. uitschakelen
Met de PTO-schakelaar wordt het maaimechanisme
via een elektromechanische koppeling in- en
uitgeschakeld.
Om het maaiwerk in te schakelen, trekt u aan de
PTO-schakelaar
/I.
Om het maaiwerk uit te schakelen, drukt u op de
PTO-schakelaar
/O.
Hoogte van het maaiwerk instellen
Het maaiwerk beschikt over een hoogteverstelling
met meerdere hoogte-instelmogelijkheden voor het
maaien en een transportstand voor het transport
(Rijden zonder maaien).
Het maaihoogtebereik voor het maaien ligt tussen
ca. 3 cm voor de laagste maaihoogte (vergrendelga-
tindex 1) en 12,7 cm voor de maximale maaihoogte
(vergrendelgatindex 5).
Stel het maaihoogtebereik met de vergrendelga-
ten [D] van de maaiwerk-hoogtevergrendeling [C]
en het pedaal voor de maaiwerk-hoogteverstel-
ling [A] in.
Met de vergrendelbout [B] kunt u de instelling
vergrendelen.
Ieder vergrendelgat komt overeen met een
hoogteverstelling van ca. 6,4 mm.
Maaihoogte voor het maaien instellen
Trap het pedaal [A] voor de maaiwerk-hoogtever-
stelling helemaal in
Verwijder de vergrendelbout [B]
in het vergrendelgat van de gewenste maai-
hoogte
.
Neem langzaam de voet van het pedaal [A] voor
de maaiwerk-hoogteverstelling.
769-11758
tot het apparaat tot
.
en steek deze
Transportstand voor het maaiwerk instellen
Trek de hendel voor de maaiwerkvergrendeling
naar boven uit de positie
Draai de hendel naar links
het gat
.
Trap het pedaal [A] voor de maaiwerk-hoogtever-
stelling tot de aanslag helemaal in
Neem langzaam de voet van het pedaal [A] voor
de maaiwerk-hoogteverstelling.
De hendel voor de maaiwerkvergrendeling klikt in
het gat
.
Het maaiwerk is nu in de transportstand vergren-
deld.
Transportstand voor het maaiwerk
losmaken
Trap het pedaal [A] voor de maaiwerk-hoogtever-
stelling tot de aanslag helemaal in
Trek de hendel voor de maaiwerkvergrendeling
naar boven uit de positie
Draai de hendel naar rechts en steek hem in het
gat
.
Neem langzaam de voet van het pedaal [A] voor
de maaiwerk-hoogteverstelling
Het maaiwerk bevindt zich nu weer in een tevoren
ingezette maaistand.
Opmerking
Gebruik de transportstand niet om te maai- i
worden beschadigd.
Maaien
VOORZICHTIG!
Weggeslingerde voorwerpen (maaigoed,
stenen etc.)
Verwondingsgevaar
Leeg de grasopvanger alleen bij
uitgeschakeld snijwerk.
Gebruik het apparaat alleen met
aangebouwde uitwerpklep of
grasopvanger.
Let op!
Wanneer een vreemd voorwerp (bijv. steen)
door het snijwerk geraakt wordt of wanneer het
apparaat abnormaal begint te trillen, moet u de
motor onmiddellijk uitzetten.
Onderzoek het apparaat op beschadigingen
voordat u er verder mee werkt. Gebruik het
apparaat bij beschadiging niet verder en
laat het vóór het volgende gebruik door een
gespecialiseerde werkplaats herstellen.
Schakel het snijwerk niet in hoog gras in.
NL
.
en steek hem in
.
.
.
.
79