• De fabrikant aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid
voor schade als gevolg van onjuist gebruik.
• Onjuist gebruik kan schade aan het apparaat veroorzaken
en kan leiden tot letsel bij de gebruiker.
• Zorg er, voordat u het apparaat aansluit op het
stopcontact, voor dat uw lokale spanning overeenkomt
met de technische gegevens van het apparaat. Als dit niet
het geval is, kan het apparaat oververhit en beschadigd
raken.
• Vermijd contact met alle bewegende onderdelen. Wacht
altijd totdat alle bewegende onderdelen volledig tot
stilstand zijn gekomen voordat u ze aanraakt.
• Steek nooit vingers in de luchtuitlaten en voorkom dat er
vreemde voorwerpen in terechtkomen.
• Zorg ervoor de ventilator niet te dicht in de buurt staat van
gordijnen, vitrages en andere voorwerpen (waaronder haar
en kleren) die in de ventilator getrokken kunnen worden.
• Zorg ervoor dat u de ventilator op een vlakke ondergrond
zet, omdat er anders water uit het reservoir kan lopen.
• Plaats of gebruik het apparaat nooit op een plek waar het
kan worden blootgesteld aan:
- Warmtebronnen zoals radiatoren, verwarmingsroosters,
kachels of andere producten die warmte produceren
- Direct zonlicht
- Overmatig stof
- Mechanische trillingen of schokken
- Een gebrek aan ventilatie
- Ongelijke oppervlakken, om te voorkomen dat de
ventilator omvalt tijdens gebruik.
• Schakel de ventilator altijd UIT en trek de stekker uit het
stopcontact wanneer de ventilator niet wordt gebruikt en/
of bij het verplaatsen van de ventilator van de ene locatie
naar de andere.
Handleiding
NEDERLANDS
33