Alle draden van de draadbundel van de trekhaak controleren op correcte en stevige
bevestiging. De draden moeten zo worden bevestigd dat deze niet beschadigd kunnen
raken en tijdens de rit geen storende geluiden veroorzaken.
Alle uitgebouwde onderdelen weer monteren en schroefverbindingen met de voorge-
schreven aanhaalkoppels vastdraaien.
De accu aansluiten en alle stappen met betrekking tot het loskoppelen en aansluiten
uitvoeren.
De activering van de trekhaak uitvoeren
Het begeleid storingzoeken uitvoeren.
- De functie „Softwareversionsmanagement (SVM)" activeren. In dit menu de functie 3 - de
zogenaamde „Um-/Nachrüstfunktion durchführen" kiezen - zie afb. 11.
- De 5-cijferige uitvoeringscode (deze staat in de onderdelencatalogus „ETKA") invoeren en
bevestigen.
- De diagnose op de gebruikelijke manier voltooien.
Als het voertuig is uitgerust met de „parkeerhulp achter" uit het
assortiment van originele ŠKODA-toebehoren (of als deze wordt
ingebouwd), dan wordt deze bij het inschakelen van de achter-
NL
uitrijversnelling en bij aangekoppelde aanhanger niet gedeactiveerd!
De werking van de trekhaak met behulp van een aanhangwagen of
een tester controleren. Bij gebruik van een tester wordt geadviseerd
om een tester te gebruiken die de daadwerkelijke elektrische belas-
ting van een aangekoppelde aanhangwagen simuleert.
42