Tabla de contenido

Publicidad

Omschrijving van de installatie
Basiscomponenten (zie afb. 1)
1 – Oplaadsleuven
2 – LED-oplaadindicator
Voedingskabel (zie afb. 2)
1 – Connector micro USB
Functie van de oplader
Detectie van defecte batterijen
Deze lader is uitgerust met detectie van defecte of primaire cellen en beveiliging tegen
omgekeerde polariteit. Als er slechte cellen worden geplaatst, zal de LED-laadindicator groen
oplichten. Bij omgekeerde polariteit zal de LED-laadindicator niet oplichten.
Onafhankelijke oplading
Alle 4 sleuven (zie afb. 1) maken het mogelijk onafhankelijk en zonder onderlinge interferentie
op te laden. Alle oplaadbare batterijen kunnen tegelijkertijd worden gecombineerd, namelijk:
1,2 V Ni-MH/CD: AAA, AA.
Beschermende functies
• Intelligente identificatie van defecte/beschadigde batterijen en niet-opladende batterijen.
• Het opladen wordt bestuurd door een intelligente dV-functie, die de batterijen beschermt
tegen overlading en uitgerust is met een veiligheidstimer die ingesteld is op 12 uur, waarna
het opladen volledig wordt uitgeschakeld.
• Het heeft ook kortsluitings-, omgekeerde polariteits-, overspannings- en onderspannings-
beveiligingsfuncties die zowel de batterij als de oplader beschermen tegen beschadiging.
Voeding
De oplader is voorzien van een micro USB-connector (zie afb. 2). Gebruik voor de voeding van
de oplader indien mogelijk altijd een voedingsbron met een snelheid van minimaal 5 W (5 V/1
A). Dit zorgt voor een optimale werking van de lader.
Overal opladen
Met de meegeleverde USB-A naar micro USB-kabel (zie afb. 2) is voeding overal mogelijk van
elk apparaat met een USB-A-voedingspoort.
Technologische parameters
Ingang: max. DC 5 V/1 A
Uitgang: DC 1,48 V/0,3 A × 4
Bedrijfstemperatuur: +0 °C/40 °C
Opslagtemperatuur: -20 °C/80 °C
Bedieningshandleiding

Inbedrijfstelling

1. Steek de micro-USB-connector (zie afb. 2) van de bijgeleverde kabel in de micro-USB-stek-
ker van de oplader (zie afb. 1).
2. Steek de USB-A-connector (zie afb. 2) van de bijgeleverde kabel in de adapter of een ander
apparaat dat de oplader van stroom zal voorzien.
3. Zorg ervoor dat de adapter aangesloten is op het netwerk of dat het apparaat voldoende
stroom krijgt of opgeladen is (bijv. laptop, powerbank, enz.).
4. Zodra de oplader correct is aangesloten, zullen de LED-indicatoren gedurende 1,5 seconde
oplichten en worden tijdens dit proces een zelfdetectie en -controle uitgevoerd. Wanneer
de LED-oplaadindicatoren uitgaan, is de oplader klaar om op te laden.
5. Plaats de oplaadbatterij op de juiste manier volgens de richting die in elke sleuf is
aangegeven, d.w.z. met de pluspool (+) naar boven (zie afb. 1).
3 – micro USB poort
2 – Connector USB-A
30

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido