WAARSCHUWING!
Bij regen of nat weer worden de remafstanden verlengd. Het
wordt aanbevolen in zulke situaties het remmen te anticiperen.
Er bestaat een risico op brandwonden wanneer u de remmen
aanraakt nadat deze langere tijd of intensief zijn gebruikt. De
remmen kunnen tijdens gebruik opwarmen. Raak ze niet aan na
gebruik van uw step.
In bochten, tijdens het remmen, kan het stuur een negatieve
•
invloed hebben op de reactietijd van de gebruiker.
1. Het instellen van de mechanische schijfrem
De remblokken oefenen druk uit op een schijf die bevestigd is
•
aan de wielnaaf. De intensiteit van de druk wordt geregeld door
een remhendel met een kabel. Gebruik de remhendel niet als het
wiel niet in het frame of aan de vork bevestigd is.
Als de rem te strak of te los is aangetrokken, moet de remkabel
•
worden bijgesteld om de remklauw uit te lijnen met de remschijf.
Neem contact op met de klantenservice als het schijfremsysteem
•
van uw elektrische step op een andere manier moet worden
afgesteld. Probeer niet om het systeem zelf af te stellen, u kunt
dan uw elektrische step beschadigen en u loopt het risico dat de
garantie vervalt.
Draai de bevestigingsschroeven van de houder van de remklauw
•
los om de remklauw uit te lijnen met de mechanische schijf. Rem
met
overeenkomstige
gepositioneerd) en houd de remhendel in deze stand bij het
vastdraaien
remklauwhouder.
Controleer of het remblokje aan de binnenkant van het wiel zich
•
op 0,2-0,4 mm van de schijf bevindt. Als dat niet voldoende is,
draait u de bevestigingsschroef van het remblokje vast, totdat de
afstand tussen het remblokje en de schijf 0,2 tot 0,4 mm
bedraagt.
Om het externe remblok (aan de buitenkant van het wiel) af te
•
stellen, dient u de spanning van de remkabel te wijzigen om een
remhendel
van
de
bevestigingsschroeven
182
(remklauw
van
correct
de