Veiligheid
Vacuümsysteem SH820G / SR820G / SH840G / SR840G
Zorg ervoor dat er geen gevaren ontstaan door stroming bij
open gasaansluitingen, geluidseffecten of door hete, corrosie-
ve, gevaarlijke of milieuverontreinigende gassen.
Voorkom het vrijkomen van gevaarlijke, giftige, explosieve,
corrosieve, gevaarlijke of milieuverontreinigende gassen of
dampen, bijvoorbeeld door middel van geschikte laboratori-
umvoorzieningen met afvoer en ventilatieregeling.
3.4 Bedrijfsomstandigheden
Gebruik de vacuümsystemen alleen als ze in technisch per-
fecte staat zijn en in overeenstemming met het beoogde ge-
bruik en de eisen ten aanzien van het veiligheids- en risicobe-
wustzijn, met inachtneming van de bedieningshandleiding.
De vacuümsystemen mogen alleen worden gebruikt als ze
compleet zijn gemonteerd en geleverd.
Zorg ervoor dat de installatieplaats droog is en het vacuüm-
systeem tegen regen, spat-, stuw-, en druppelwater en ande-
re verontreinigingen is beschermd.
Controleer regelmatig de dichtheid van de verbindingen tus-
sen leidingen in de toepassing en de connectie met het vacu-
ümsysteem (ofwel pneumatische koppeling van het vacuüm-
systeem). Bij lekkende verbindingen bestaat het gevaar dat
gevaarlijke gassen en dampen uit het pompsysteem vrijko-
men.
De op het vacuümsysteem aan te sluiten componenten moe-
ten zijn berekend op de pneumatische gegevens van het va-
cuümsysteem.
3.5 Media
Vereisten voor
Controleer vóór het inschakelen van de pomp of het medium
de getranspor-
in de desbetreffende toepassing veilig kan worden getrans-
teerde media
porteerd/verpompt.
Houd hierbij ook rekening met een mogelijke verandering van
de aggregatietoestand (condensatie, kristallisatie).
Controleer vóór het gebruik van een medium of dit medium
compatibel is met de onderdelen op het systeem die hiermee
in contact komen (zie 5 Technische gegevens [} 25]).
Vertaling van de originele bedienings-instructies, KNF 325562-325564 02/23
12