Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
Trek de voedingskabel door het montagegat en sluit hem aan op de
bedrading van de deurcamera-eenheid. Bevestig de aangesloten
deurcamera-eenheid met behulp van de bijgeleverde schroeven
aan het montageframe.
Deurcamera-eenheid op pleisterwerk
Breng tussen de muur en de deurcamera-eenheid een laag
silicone aan, die het binnendringen van vocht onder de deurca-
mera-eenheid verhindert. Het silicone moet worden aangebracht
aan de boven- en zijwanden. De benedenwand moet vrij blijven
opdat de vochtige lucht ontsnappen kan uit de ruimte onder de
deurcamera-eenheid.
Parameters van de verbindingsleiding
Binnen een afstand van 20 m met gebruik van een afschescherm-
de kwaliteitskabel FTP CAT.5 (optimaal CAT.6). Wij adviseren
boven 20 m een kabel SYKFY 5 × 2 × 0,5, of 10 × 2 × 0,5 te
gebruiken. Om een grotere doorsnede te bereiken worden de
kabels verdubbeld of zelfs verdrievoudigd.
De finale doorsnede van de draden wordt bepaald door de tabel:
Kerndiameter van de geleider [mm]
0,5
0,65
0,8
1
In de basisuitvoering is geen coaxiale kabel nodig voor het voeren
van de videocomponent.
Deze wordt pas boven 100 m aanbevolen.
Voor lange grondleidingen kan een telecommunicatiekabel uit de
categorie TCEPKPFLE worden gebruikt.
Basisbediening van het apparaat
Druk op de toets op de deurcamera-eenheid om te bellen en
het beeld op de viedotelefoon op te roepen uit de deurcame-
ra-eenheid.
Het geluid buiten zal ook worden overgedragen naar de monitor.
Onderhoud van het apparaat
Het paneel heeft weinig onderhoud nodig. Aanbevolen wordt deze
af en toe, afhankelijk van de verontreiniging van het apparaat, met
een nat doekje schoon te maken.
Let op! Voordat u het apparaat gaat schoonmaken, moet het in een
spanningsvrije toestand worden gebracht door het af te koppelen
van het elektriciteitsnet!
FAQ
Het beeld/geluid van het apparaat is niet helder, het
apparaat rinkelt niet
Neem de monitor of de deurcamera-eenheid van de muur en sluit
deze aan op de klemmen via een korte kabel, om een onderbre-
king van de geleider in het huis uit te sluiten. Controleer verder
de instelling van de parameters voor het beeld en het geluid
(helderheid, contrast, kleur, volume).
Het objectief raakt beslagen
Dit gebeurt met name tijdens een koude periode, wanneer con-
densatie plaatsvindt tengevolge van de invloed van het tempera-
tuurverschil tussen de muur en de eigenlijke camera-eenheid. In
het geval van condensatie adviseren wij de deurcamera-eenheid
grondig te drogen en de installatie aan te passen.
Onbedoeld rinkelen
Afstand (m)
Het onbedoelde rinkelen wordt veroorzaakt door het binnendrin-
gen van vocht in de deurcamera-eenheid. Water veroorzaakt
20
een kortsluiting van de contacten van de slotschakelaar en het
50
apparaat rinkelt onbedoeld.
Wij adviseren de deurcamera-eenheid te demonteren, grondig
70
droog te maken en met waterafstotende lak voor elektronica
115
te besproeien.
Piepend geluid (terugkoppeling)
De terugkoppeling wordt veroorzaakt door de fragmentatie
van het uitgaande geluid van de camera-eenheid. Het geluid
raakt gefragmenteerd en keert terug naar de microfoon, waar
het vervolgens wordt versterkt. Dit verschijnsel kan verholpen
worden door de gevoeligheid van de microfoon en het volume
van de luidspreker te verlagen.
Bij deurstations die voorzien zijn van instelbare componenten,
kan dit ingesteld worden door de potentiometers te draaien.
Bij stations die niet gereguleerd kunnen worden kan de microfoon
mechanisch gedempt worden met een stukje kunststof schuim.
Het slot opent niet
Controleert de gaafheid van de leiding. Meet de spanning op de
klemmen van het slot met een multimeter. Het slot heeft een
spanning van 12 V nodig om bediend te kunnen worden. Als deze
56
Publicidad
