• Maak geen gebruik van de schaar als zich in de
omgeving andere personen, kinderen of dieren
bevinden.
• De schaar alleen bij daglicht of bij voldoende
kunstlicht gebruiken.
• Het is noodzakelijk regelmatig de schaar te con-
troleren en te onderhouden. Bij de beschadiging
van de schaar kunnen de messen alleen als paar
gewisseld worden. Bij beschadiging door een
slag of stoot is het noodzakelijk deze vakkundig
te laten beoordelen.
• De schaar dient regelmatig te worden gecontro-
leerd. Deze controle dient alleen door een erkend
reparateur te worden uitgevoerd.
• Draag geschikte werkkleding, d.i. beschermbril,
gehoorbescherming, niet slippend dicht schoeisel
en werkhandschoenen. Draag geen wijde kleding,
deze zou door bewegende delen aangegrepen
kunnen worden.
• Na het gebruik van de schaar of voor het schoon-
maken is het noodzakelijk deze te beveiligen, om
te voorkomen dat het apparaat per ongeluk wordt
aangezet b.v. door middel van ontgrendelen van
de schakelaar.
• De snijvoorziening moet regelmatig op beschadi-
gingen worden gecontroleert
• Hou in geen geval de schaar aan de messen vast
ook niet bij stilstand, er bestaat dan gevaar voor
verwonding!
• Raak nooit de bewegende messen aan als U
vreemde voorwerpen wilt verwijderen of als de
schaar geblokkeerd is. Schakel altijd eerst het
apparaat uit.
• Bewaar het apparaat buiten bereik van kinderen
op een veilige plaats.
• Neem bij het werk met de schaar altijd een sta-
biele houding aan, vooral als U gebruik maakt van
een trapje of laddertje.
• Maak nooit gebruik van beschadigde of versleten
onderdelen, maar laat deze repareren.
• Stel nooit een niet compleet uitgerust apparaat
in werking.
• Voor het vervoer en opbergen van de schaar altijd
een mesbeschermer gebruiken.
• Maak kennis met de werkvloer voordat U begint
met het werk en met mogelijke gevaren welke U
door het lawaai van het apparaat niet kunt horen.
• Alleen de door de fabrikant aanbevolen reserve-
onderdelen, vervangings- en hulpstukken ge-
bruiken.
Voor gebruik
Veiligheidssleutel (safety key) (afb. 2+3)
Vanwege actuele veiligheidsvoorschriften - voor onder-
houdswerkzaamheden bij geopend apparaat - is deze
machine uitgerust met een veiligheidssleutel (safety key)
(afb. X). Deze moet bij normaal bedrijf altijd ingestoken
blijven. Zonder deze veiligheidssleutel kan de machine
niet in gebruik worden genomen. Hij wordt alleen verwi-
jderd, als een onderhoudsmonteur het apparaat opent,
zodat onbedoeld inschakelen en zo letselgevaar wordt
voorkomen.
NL | Gebruiksaanwijzing
De accu's laden
Veiligheidsinstructies:
Het apparaat wordt geleverd met reeds geladen lithium-
ionen accu. We raden echter aan de accu nogmaals te
laden voor het eerste gebruik.
- Gebruik daartoe alleen het meegeleverde laadstation.
Dit is speciaal afgestemd op deze accu.
- Gebruik nooit andere laadstations. Daardoor bestaat
kans op brand of explosie !
- Laadstation steeds uit de buurt van regen of vocht
houden. Kans op een elektrische schok.
- Nooit onbeschermd buiten laden maar op een droge,
beschermde plek.
- Laad met dit laadstation nooit andere accu's. Kans op
brand of explosie.
- Controleer voor elk gebruik van het laadstation behui-
zing, stekker en snoer op beschadiging. Niet gebruiken
wanneer iets beschadigd is.
- Open het laadstation niet met geweld. Bij een defect
moet het laadstation worden vervangen.
- Het laadstation wordt warm tijdens het laden. Niet ge-
bruiken op een licht ontvlambare ondergrond of in een
ontvlambare omgeving. Brandgevaar.
- Accucellen nooit openen. Kans op kortsluiting.
- Bij beschadiging van de accu kunnen schadelijke dam-
pen of vloeistoffen uitlopen. Bij per ongeluk contact,
met water afspoelen en meteen een arts raadplegen.
De vloeistof kan de huid irriteren of aanvreten.
- Bescherm de accu tegen hitte, sterke zonnestraling en
vuur. Kans op explosie.
Accu opladen:
Steek de stekker van het laadstation in een stopcontact
om de accu te laden. Steek vervolgens de stekker van
het laadsnoer in de laadaansluiting van de gras- en
buxusschaar (afb. 4)
Begin van het laden wordt aangegeven door het rode
controlelampje (X) (afb. 5). Bij lege accu bedraagt de
laadduur ca. 3-5 uur. Na het laden schakelt de elek-
tronische bewaking het laden automatisch af. Het rode
controlelampje wordt dan groen en signaleert daarmee
het einde van het laden. U hoeft niet toe te zien op de
laadtijd.
Laadstation en handgreep van het apparaat worden bij
het laden warm. Dit is normaal.
Bij nietgebruik het laadstation uit het stopcontact ver-
wijderen.
Tijdens het laden mag het apparaat niet gebruikt worden.
De accu moet worden bijgeladen wanneer u merkt dat
het vermogen tijdens het snijden duidelijk afneemt. Te-
vens is een elektrische bescherming tegen diepontladen
geïntegreerd die beschadiging van de accu voorkomt.
Deze schakelt de accu bij bereiken van de ontlaadgrens
af. Schakel het apparaat daarna niet meer in, maar laad
eerst de accu.
NL-5