5.2 POSITIONEREN VAN DE LADER
• Positioneer de lader zo ver mogelijk van de accu als de gelijkstroomkabel toelaat.
• Plaats de lader nooit direct boven de op te laden accu. De accu geeft corrosieve gassen af die
de lader kunnen beschadigen.
• Laat nooit accuzuur op de lader druppelen.
• Gebruik de lader nooit in gesloten binnenruimten of ruimten met anderszins beperkte
ventilatie.
• Plaats geen accu op de lader.
5.3 VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE GELIJKSTROOMAANSLUITING
• Sluit de klemmen pas aan en ontkoppel ze pas nadat de stekker uit het stopcontact is gehaald.
• Zorg er altijd voor dat de klemmen elkaar niet raken.
• Breng de klemmen aan op de accupolen en draai of beweeg de klemmen enkele malen heen
en weer om een goede verbinding te verzekeren. Dit helpt voorkomen dat de klemmen van
de accupolen afglijden en vermindert het risico van vonken.
5.4 ACCU IN DE AUTO OPLADEN
Volg deze stappen als de accu in een voertuig is geïnstalleerd. Een vonk in de buurt van de accu
kan tot explosie van de accu leiden. Om het risico van een vonk te verminderen:
• Plaats alle kabels zodanig dat ze niet door de motorkap, het portier of bewegende
motoronderdelen kunnen worden beschadigd.
• Houd veilige afstand van ventilatorbladen, riemen, poelies en andere onderdelen die letsel
kunnen veroorzaken.
• Controleer de polariteit van de accupolen. De PLUS-pool van de accu (PLUS, P, +) heeft
gewoonlijk een grotere diameter dan de MIN-pool (MINUS, M, -).
• Bepaal welke pool van de accu aan de carrosserie geaard is (verbonden met de carrosserie
van het voertuig).
• Als de auto aan de minpool is geaard, sluit u de PLUS-klem (ROOD) van de acculader aan op
de niet-geaarde PLUS-pool (PLUS, P, +) van de accu.
• Sluit de MINUS-klem (ZWART) aan op de carrosserie van het voertuig of op het motorblok, op
een punt dat van de accu is verwijderd. Sluit de klem niet aan op de carburateur, de
brandstofleidingen of de carrosseriepanelen. Bevestig de klem aan een massief metalen deel
van het frame of aan het motorblok.
• Als de auto aan de pluspool geaard is, sluit u de MINUS-klem van de acculader (ZWART) aan
op de niet geaarde MINUS-klem van de accu (MINUS, M, -). Sluit de PLUS-klem (ROOD) aan
op de carrosserie van het voertuig of op het motorblok, op een punt dat van de accu is
verwijderd. Sluit de klem niet aan op de carburateur, de brandstofleidingen of de
carrosseriepanelen. Bevestig de klem aan een massief metalen deel van het frame of aan het
motorblok.
• Om de lader los te koppelen, trekt u de stekker uit het stopcontact, verwijdert u de klem van
de carrosserie van het voertuig en vervolgens de klem van de accupool.
5.5 ACCU BUITEN DE AUTO OPLADEN
Volg deze stappen als de accu zich buiten een voertuig bevindt. Een vonk in de buurt van de accu
kan leiden tot explosie van de accu. Om het risico van een vonk te verminderen:
• Controleer de polariteit van de accupolen. De PLUS-pool van de accu (PLUS, P, +) heeft
gewoonlijk een grotere diameter dan de MIN-pool (MINUS, M, -).
55
www.DEUBAXXL.de