7. Alarm op scherp stellen en uitschakelen
Alarm op scherp stellen
Alarm uitschakelen
8. Werking van het alarm
De rode LED begint te knipperen wanneer iemand de deur opent. Het alarm weerklinkt gedurende 30 (of 60)
seconden na de instelvertraging en wordt 3 seconden later automatisch gereset, tenzij u op F drukt en uw
persoonlijke code ingeeft. Indien de deur of het raam open blijft, treedt het alarm gedurende 30 (of 60) seconden in
werking. Na 3 seconden wordt het automatisch gereset en treedt het opnieuw in werking. Dit gaat zo door tot het
raam of de deur wordt gesloten. Houd de rode LED in de gaten terwijl u de PIN code ingeeft. De LED gaat branden
telkens u een correcte digit intikt. Merk op dat u het alarm alleen kunt gebruiken wanneer het toestel zich in de
alarm mode bevindt.
9. Inbrekeralarm
De rode LED knippert wanneer het alarm op scherp wordt gesteld. U moet dan uw persoonlijke code ingeven voor
de ingangsvertraging is verstreken. Voorbeeld : u komt thuis en geeft uw code in. De LED moet knipperen bij elke
digit die u ingeeft en de bediening van de toetsen moet hoorbaar zijn. Indien de bediening niet hoorbaar is, dan wil
dit zeggen dat u bezoek heeft gehad van een inbreker.
10. Belangrijke Opmerkingen
• Houd het toestel niet naast uw oor. De pieptoon kan gehoorstoornissen veroorzaken.
• De PIN code wordt automatisch gereset op 333 wanneer de batterijen verwijderd zijn. Het is echter mogelijk dat
de geprogrammeerde code nog steeds werkt. In dit geval moet u de batterijen verwijderen, F drie seconden
lang ingedrukt houden en de batterijen weer inbrengen.
SG91007 – ALARME D'INTRUSION A 3 DIGITS + CONTACT MAGNETIQUE
1. Piles
Dévissez le couvercle du compartiment des piles et enlevez-le. Insérez 3 piles LR03 (non-incluses). Vous
entendrez deux bips. Pressez une touche arbitraire pour écouter le bip accompagnant l'opération des touches.
Remplacez les piles s'il n'y a pas de bip ou si le bip est faible ou lent. Refermez le compartiment des piles et serrez
la vis. Des piles alcalines donnent le meilleur résultat.
2. Instaurer le code personnel
Insérez les piles. Pressez la touche de fonction orange "F". Entrez 333 et la LED rouge s'allume. Introduisez votre
code personnel qui se compose de trois chiffres. La LED rouge s'éteint et un long bip confirme votre nouveau
code. Suivez la même procédure pour changer votre code personnel.
3. Ajuster la temporisation d'entrée et de sortie
d) Pressez F et la touche
secondes en pressant respectivement la touche numérique 1, 2 ou 3. Un seul bip confirme le réglage.
e) Changer la temporisation de sortie (réglage de défaut : 10 sec.) : pressez F et
temporisation de sortie de 10, 20 ou 30 secondes en pressant respectivement la touche numérique 4, 5 ou
6. Un seul bip confirme le réglage.
f) Changer la durée d'activation de l'alarme (réglage de défaut 30 sec.) : pressez F et
d'activation de l'alarme de 30 ou 60 secondes en pressant respectivement la touche numérique 7 et 8. Un
seul bip confirme le réglage.
HAM2007
: Druk op F en daarna op
uitgangsvertraging die u heeft ingesteld. Sluit ondertussen de deur of het raam. Het
alarm staat op scherp wanneer het toestel niet meer piept.
: Druk op F en geef uw persoonlijke 3-digits PIN (Personal Identification Number) code
in. Het alarm staat nu niet langer op scherp. Merk op dat u het alarm enkel kunt
uitschakelen wanneer het toestel zich in de alarm mode bevindt.
. Sélectionnez une temporisation d'entrée de 3 (réglage de défaut), 15 ou 30
. De rode LED knippert en het toestel piept tijdens de
3
. Sélectionnez une
. Instaurez une durée
VELLEMAN