Meer weten...
Bedieningsstand
AUTO : Bij de selectie van de bedrijfstoestand gaat in het begin het POWER-lampje
knipperen.
Het apparaat kiest elke 10 minuten een bedrijfsstand, afhankelijk van de
temperatuurinstelling en de kamertemperatuur.
VERWARMEN : Het POWER-lampje gaat in de beginfase van deze werking knipperen. Het
duurt even voordat de unit opwarmt.
• Voor een systeem waarbij de HEAT-modus is vergrendeld, als een
bedrijfsmodus anders dan HEAT is geselecteerd, stopt de binnenunit en
gaat de POWER-indicator knipperen.
KOELEN : Zorgt voor een effi ciënte comfortabele koeling zoals u dat wenst.
DROGEN : Het apparaat werkt bij lage ventilatorsnelheid om zo voor een aangename
koeling te zorgen.
Temperatuurinstelling voor energiebesparing
Gebruik van de unit binnen het aanbevolen temperatuurbereik kan energie besparen.
VERWARMEN : 20.0 °C ~ 24.0 °C / 68 °F ~ 75 °F.
KOELEN : 26.0 °C ~ 28.0 °C / 79 °F ~ 82 °F.
Richting van de luchtstroom
In de stand KOELEN/DROGEN:
Als AUTO is ingesteld, zwenkt de luchtklep automatisch omhoog of omlaag.
Automatische herstartfunctie
Als na een stroomstoring de stroom weer wordt hersteld, dan zal de unit na enige tijd
automatisch herstarten met de vorige bedrijfstoestand en richting van de luchtstroom.
• Deze functie is niet van toepassing als de TIMER is ingesteld.
69