ONDERDEELNUMMERKAART
Tankcode
Gewicht (kg)
83C-211-CE
14,8
83Z-211-CE
14,8
Tankinhoud
Maximale werkdruk
Ingestelde druk
veiligheidsklep
Maat luchtinlaat
Maat vloeistofuitlaat
Luchtverbruik van
luchtmotor
Maximale druk roerder
PT-427-CE/418-CE LUCHTGEDREVEN
ROERDER
De
roerder
werkt
op
luchtaandrijving om de roerderas te bewegen
waaraan een propeller is bevestigd. Materiaal dat
de neiging heeft om zich te splitsen of snel neer te
slaan, wordt gemengd als de propeller ronddraait.
Het materiaal kan tijdens het spuiten worden
geroerd zonder enige nadelige gevolgen. De
motor is krachtig en loopt soepel. De snelheid van
de roerder kan worden geregeld met behulp van
een luchtregelklep. De luchtmotor verbruikt weinig
lucht, ongeveer 85-170 liter per minuut bij 4,1 bar.
(Max. invoerluchtdruk 6,7 bar).
INSTALLATIE
Meng en prepareer het te spuiten materiaal
volgens de instructies van de fabrikant. Zeef het
materiaal met een fijnmazige zeef (60- of 90-
mazig) om alle vreemde deeltjes te verwijderen
die kunnen binnendringen en de doorgangen
zouden kunnen verstoppen.
1. Haal altijd alle druk in de tank weg. Trek aan
de ring op de veiligheidsklep totdat de tank is
ontlucht.
2. Draai de vingerschroeven los, zet de klemmen
van de klep naar achteren en verwijder de
klep.
3. Giet het materiaal in de tank. Zie accessoires
voor wegwerpzakken voor de tank. Een bak
met een inhoud van ongeveer 4,5 liter kan ook
worden gebruikt door 5 mm schuin af te
snijden van het uiteinde van de vloeistofbuis.
4. Plaats de klep terug en zet de klemmen en de
vingerschroeven stevig vast.
5. Indien mogelijk moet de luchtleiding door een
luchtfilter/regelaar lopen om de lucht te
reinigen van vuil en meegevoerd water en olie
te verwijderen. Zie ACCESSOIRES voor
verkrijgbare
filters.
luchttoevoerslang op de luchtinlaataansluiting
op de regelaar van de tank.
6. Bevestig de slang voor de verstuivingslucht op
de
luchtuitlaataansluiting
tegenover de luchtinlaataansluiting bevindt.
7. Bevestig de slang voor het spuitmateriaal op
de vloeistofuitlaataansluiting.
SB-E-21-042-R10 (9/2021)
Hoogte (mm)
485
485
SPECIFICATIE
9,5 liter
5,5 bar (80 psi)
5,5 bar (80 psi)
1/4" NPS of BSP (M)
3/8" NPS of BSP (M)
85 - 170 liter/min (3–6 CFM) bij 4,1 bar
(60 psi)
6,7 bar (100 psi)
8. Zie Figuur 1 voor een standaard opstelling.
een
motor
met
1. Schakel de luchttoevoer in.
2. Draai de stelschroef van de T-handgreep op
de regelaar van de tank naar rechts om de
druk van het spuitmateriaal te verhogen: draai
deze naar links om de druk te verminderen. De
maximale druk in de tank is 5,5 bar.
3. Bij een tank met luchtgedreven roerder moet
de knop van de luchtregelklep (8) linksom
worden gedraaid om de gewenste snelheid
van de roerder in te stellen. Stel de roerder in
op de laagste snelheid die nodig is om het
materiaal grondig gemengd te houden. Zorg
ervoor dat het materiaal niet te hard wordt
geroerd. Er kunnen dan luchtbelletjes ontstaan
in
het
materiaal,
coatinglaag wordt gevormd.
4. De verstuivingslucht voor het spuitpistool kan
worden ingesteld op het pistool met behulp van
een luchtregelklep (P-H-5516) of met de extra
luchtregelaar
verkrijgbaar is (zie P6).
5. Raadpleeg de instructies voor het spuitpistool
voor het gebruik van het spuitpistool.
VOORZICHTIG
Bij gebruik van een snelkoppeling op de
luchtinlaat van de regelaar op de druktank,
mag u de snelkoppeling niet losmaken als er
druk in de tank is, tenzij de kogelklep is
gesloten. Als u dat doet, zal de druk in de tank
snel worden afgevoerd, waardoor de verf kan
worden teruggezogen via de luchtregelaar en
Bevestig
de
de luchtmotor, afhankelijk van het vloeistofpeil
in de tank. De druk in de tank moet altijd
worden afgevoerd door de regelaar helemaal
linksom te draaien of te trekken aan de ring
die
zich
recht
van de veiligheidsklep.
VERVANGING VAN ONDERDELEN
(luchtmotor, zie blz. 5)
Wrik de voorplaat (40) of de eindplaat (46) niet los
van de behuizing van de luchtmotor (43) met een
schroevendraaier; dit zal deuken in de platen en
de
behuizing
ontstaan. De platen moeten met een trekker
worden verwijderd van de behuizing van de motor,
waarbij de as in positie blijft. Nadat een frontplaat
(40) is gemonteerd op een nieuwe behuizing (43)
moeten gaten voor stelpennen (42) worden
geboord om de onderdelen uit te lijnen. Plaats
altijd nieuwe pakkingen voor de eindplaat (41) als
CONSTRUCTIEMATERIAAL
Wand
Klep
Vloeistofbuis
Luchtverdeelstuk
Vloeistofuitlaat
Pakking van tankklep
GEBRUIK
waardoor
een
slechte
PT-413
die
als
accessoire
veroorzaken,
waardoor
lekken
Page 27
NL-3 / 8
Staal, zinkplaat
2,4 mm (0,094")
Staal, Zinkplaat
83C
4,2 mm (8 Gauge)
300-serie roestvrij staal
83Z
4,2 mm (8 Gauge)
83C
Roestvrij staal
83Z
Roestvrij staal
CRS verzinkt
83C
Staal, verzinkt
83Z
Roestvrij staal
TPV-rubber
u de luchtmotor weer in elkaar zet.
PREVENTIEF ONDERHOUD
Apparatuur reinigen:
1. Als de tank is uitgerust met een roerder, moet
u eerst de luchttoevoer naar de roerder
uitschakelen. Dit voorkomt dat er verf in de
luchtmotor van de roerder kan terechtkomen.
2. Schakel de hoofdluchttoevoer naar de tank uit.
3. Draai de stelschroef van de T-handgreep op
de regelaar van de tank linksom totdat u geen
veerspanning meer voelt.
4. Haal alle druk uit de tank door te trekken aan
de ring op de veiligheidsklep totdat de tank is
ontlucht.
5. Draai de vingerschroeven los, zet de klemmen
van de tankklep naar achteren en klap de klep
naar een kant.
6. Draai de ring van de luchtkap van het
spuitpistool ongeveer drie slagen los.
7. Schakel de luchttoevoer naar het spuitpistool
in.
8. Leg een doek over de luchtkap van het
spuitpistool en druk de trekker in. Hierdoor zal
het materiaal via de slang terugstromen in de
tank.
9. Maak de tank leeg en reinig de tank en de
onderdelen die in contact met spuitmateriaal
zijn
gekomen.
Gebruik
reinigingsmiddel.
10. Giet een reinigingsmiddel in de tank.
11. Plaats
de
klep
terug
vingerschroeven en klemmen vast.
12. Ga spuiten totdat er een schone oplossing
naar buiten komt.
13. Herhaal stappen 5 tot en met 8.
VOORZICHTIG
Houd de veiligheidsklep altijd schoon.
Luchtmotor
Als de luchtmotor niet goed wordt gesmeerd, zal
dit tot gevolg hebben dat de motor voortijdig
defect raakt en de garantie komt te vervallen.
Smeer de luchtmotor dagelijks door 4-5 druppels
SAE 10 olie in de luchtinlaataansluiting te spuiten.
Reinig de roerderas (54, blz. 5) en de propeller
(56) aan het einde van elke dag. Het vilt van de
zeef van het filter van de geluiddemper (60) moet
af en toe worden verwijderd en gereinigd of, indien
nodig, worden vervangen.
ihn oder wechseln Sie ihn
bei Bedarf aus.
© ITW Ltd 2007
www.carlisleft.com
NL
een
geschikt
en
zet
de