en mag niet in een garage of een andere afgesloten omgeving opgeslagen
worden. Enkel opslaan in een geventileerde omgeving.
•
De opslag van de verwarmer binnenshuis is enkel toegestaan wanneer de
gasfles afgekoppeld en van de verwarmer verwijderd is.
•
Controleer of de koppelingen op de gastoevoerleiding goed vast zitten
(kraan gasfles / gasdrukregelaar, gasdrukregelaar/slang, slang/inlaat van het
apparaat). Laat het, bij een vermoeden van beschadiging, vervangen door
uw gasleverancier.
•
Sla een vloeibare gasfles nooit op in een kelder of op plaatsen zonder vol-
doende luchtventilatie.
REINIGING EN ONDERHOUD
Waarschuwing: Verzeker dat de verwarmer in de UIT-positie staat en afgekoeld
is!
Waarschuwing: Reinig de verwarmer niet met brandbare of schurende reinigings
middelen.
•
Veeg het poeder gecoate oppervlakken met een zachte, vochtige doek en
water en zeep.
•
Verwijder vuil, spinnen en andere insectennesten uit de ventilatieopening
van de behuizing van de gasfles, regelcompartiment, brander en openingen
voor circulatielucht van de verwarmer met leidingreiniger of perslucht om
het toestel proper en veilig voor gebruik te houden.
•
Maak nooit doorgangen of andere openingen vrij met tandenstokers of
ander materiaal dat zal afbreken en de doorgangen zal blokkeren.
•
Als er zich koolstofresten vormen, verwijder dan de reflector en het vlam-
scherm en reinig deze met water en zeep.
•
Schilder het vlamscherm, regelpaneel of reflector niet.
•
Bedek de brander met de optioneel meegeleverde beschermhoes wanneer
de verwarmer niet in gebruik is. Wacht met afdekken tot de verwarmer afge-
koeld is.
•
In een omgeving met zoute lucht, zoals nabij een oceaan, kan corrosie snel-
ler dan normaal optreden. Controleer regelmatig op gecorrodeerde. delen
en herstel ze onmiddellijk.
1
97