7. Verschillende handige functies
Buigen van de gespeelde
noten (Pitch Bend)
Door de BENDER/MODULATION-hen-
del [1] tijdens het spelen van een noot
naar links of rechts te schuiven vermindert
c.q. verhoogt u de toonhoogte van die
noot.
Opmerking: Het Pitch Bend-interval verschilt
naar gelang de instellingen van de aangestuur-
de module.
Vibrato toevoegen
(Modulation)
Door de BENDER/MODULATION-hen-
del [1] tijdens het spelen van een noot
naar de achterkant van de PC-300 te druk-
ken zorgt u dat de PC-300 een modulatie-
commando zendt (dit commando voorziet
de gespeelde noten meestal van vibrato).
Opmerking: Ook in dit geval staat het bereikte
effect in functie van de gekozen klank en de
bijbehorende instellingen (omdat de werking
van het modulatiecommando programmeer-
baar is). In bepaalde gevallen wordt het filter
of het volume gemoduleerd, wat dan voor een
WahWah- of tremolo-effect zorgt.
Langer aanhouden van noten
(Sustain-pedaal)
Sluit een optionele DP-2, DP-6 of BOSS
FS-5U voetschakelaar aan op de SUSTAIN
SWITCH-connector. Trap hem in, terwijl
u één of verschillende noten speelt, om
Hold 1-commando's te zenden (CC64),
zodat de gespeelde noten langer worden
aangehouden. Als u net een orgelklank
gebruikt, worden de noten zo lang aange-
houden tot u de voetschakelaar weer
loslaat.
Bij het intrappen van de voetschakelaar
wordt een aan-commando verzonden
(waarde 127). Als u hem weer loslaat,
wordt een uit-commando (waarde 0) ver-
zonden.
Opmerking: De CC 64-functie (Hold 1) kunt
u ook aan de DATA ENTRY-regelaar toewij-
zen. Dit laat toe om de demperfunctie met de
regelaar te sturen.
Handleiding
13