Inbouw
6
Inbouw
A
LET OP!
Zorg ervoor dat de pluskabel aan de plus- en de minkabel aan
de minpool aangesloten wordt.
Zorg er bij de keuze van de inbouwplaatsvoor dat de door de
condensor opgewarmde lucht goek kan wegtrekken.
I
INSTRUCTIE
Om spannings- en hierdoor vermogensverlies te vermijden, moet
de kabel zo kort mogelijk zijn en mag de kabel niet onderbroken
worden. Vermijd daarom bijkomende schakelaars, stekkers of
verdeeldozen.
Neem de volgende aanwijzingen in acht:
Leg de nodige kabeldiameter van de toegangsleiding aan de hand van
het volgende diagram vast:
16
12-volt-toestellen
14
12
10
8
6
4
2
0
0
2
Sluit uw koeltoestel zo direct mogelijk tegen de pool van de accu of aan
een met minstens 15 A (12 V); 7,5 A (24 V) beveiligde steekplaats aan.
Gebruik voor het vastschroeven van het koeltoestel aan de inbouwplaats
de aan de toestelzijden aangebrachte aanschroefpunten (zie afb. 4,
pagina 4 en afb. 5, pagina 4).
U kunt de compressor van de koelbox demonteren en op een andere
plaats aan de koelbox of gescheiden van de koelbox monteren (afb. 2,
pagina 3). Let daarbij op de lengte van de koelmiddelleiding van
1,5 m (CD20)/1,5 m (CD30).
76
4
6
8
10
12
24-volt-toestellen
14
16
18
20
22
CD20, CD30
24
26
28
Verlengingsmeter (m)
NL