Openingshendel om de stroomtang te openen en te sluiten
5 Draaischakelaar voor functiekeuze
6 ZERO-toets, voor nulafstelling c.q. differentiaalmeting
7 MIN/MAX-toets voor opslag in het geheugen van de laagste en hoogste meetwaarde
8 HOLD-toets voor opslag in het geheugen van de weergegeven meetwaarde
9 Digitale weergave, voor de meetwaarde en de weergave van overschrijding van het bereik
J COM-bus, gemeenschappelijke bus voor spannings-, weerstandsmetingen en continuïteits-
test, zwart gemarkeerd
K V-Ω-bus (positive), gemeenschappelijke bus voor spannings-, weerstandsmetingen en
continuïteitstest, rood gemarkeerd
L Batterijvakdeksel, op de achterkant van de behuizing
5.
Algemene kenmerken
5.1 Algemene kenmerken van de digitale stroomtang multimeter
5.1.1
De numerieke waarden zijn op een display (LCD) 9 af te lezen met 4 cijfers van 12 mm
hoog, met een komma voor de decimalen. De grootst mogelijk af te lezen waarde is
5000.
5.1.2
De polariteitsweergave in de digitale weergave 9 werkt automatisch. Er wordt slechts
één pool t.o.v. de contactbussen aangeduid met „-".
5.1.3
De bereikoverschrijding wordt aangegeven met "0L.".
Let op: Geen aanduiding of waarschuwing bij overbelasting!
5.1.4
De draaischakelaar 5 dient om de meetfunctie te selecteren.
5.1.5
ZERO-toets (nulinstelling) 6 : Voor nulinstelling bij stroommetingen, maar kan ook
gebruikt worden bij andere metingen. Door een druk op de knop wordt de op dat
moment gemeten waarde als nul beschouwd. Verdere metingen worden dan daaraan
gerelateerd. Deze relatieve waarden worden aangeduid met „ZERO" in het display 9 .
5.1.6
De MIN/ MAX-toetsfunctie 7 registreert en bewaart automatisch de hoogste en laagste
meetwaarde. Door verder te schakelen worden de volgende waarden aangegeven:
De indicatie "MAX" toont de opgeslagen hoogste waarde, "MIN" toont de opgeslagen
laagste waarde en "MIN/MAX" toont de actuele meetwaarde. Door langer op de toets
te drukken (2 seconden) keert het toestel terug naar de normale modus.
In de meetfunctie
continuïteitstest met geluidssignaal naar de weerstandsmeting.
5.1.7
HOLD-toetsfunctie: Door de HOLD-toets 8 te bedienen, kan het meetresultaat worden
opgeslagen. Op het display 9 verschijnt tegelijk het symbool "HOLD". Door opnieuw
op de toets te drukken, keert het toestel terug naar de meetmodus.
5.1.8
De gele verlichtingstoets schakelt de verlichting van de display 9 in. De verlichting
wordt uitgeschakeld door nogmaals op de toets te drukken of automatisch na ca. 30
seconden.
5.1.9
De meetfrequentie van de BENNING CM 11 bij cijferweergave bedraagt gemiddeld 2
metingen per seconde.
5.1.10 De BENNING CM 11 wordt in- en uitgeschakeld met de draaischakelaar 5 .
Uitschakelstand is „OFF".
De BENNING CM 11 schakelt automatisch uit na ca. 15 minuten (APO, Auto-Power-
5.1.11
Off is actief wanneer het
ingeschakeld als de draaischakelaar 5 vanuit de schakelaarstand „OFF" opnieuw
wordt ingeschakeld of als er op de gele verlichtingstoets wordt gedrukt. De automati-
sche uitschakeling kan worden gedeactiveerd door de HOLD-toets 8 te bedienen en
de BENNING CM 11 tegelijk vanuit de schakelaarstand "OFF" in te schakelen. Het
-pictogram op het display 9 verdwijnt.
5.1.12 De BENNING CM 11 wordt gevoed door twee batterijen van 1,5 V (IEC LR03/ AAA/
micro).
5.1.13 Indien de batterijen onder de minimaal benodigde spanning dalen, verschijnt het bat-
terijsymbool in het scherm 9 .
5.1.14 De levensduur van de batterijen is afhankelijk van de gebruikte meetfunctie en bedraagt
ca. 30 uur - 100 uur zonder gebruik van de continuïteitstest met geluidssignaal en
achtergrondverlichting. (Alkalinebatterij).
5.1.15 Temperatuurcoëfficiënt van de meetwaarde: 0,1 x (aangegeven meetnauwkeurigheid)/
°C < 18 °C of > 28 °C, op basis van de waarde op referentietemperatuur van 23 °C.
5.1.16 Afmetingen van het apparaat: L x B x H = 206 x 76 x 33,5 mm
Gewicht: 262 gram (incl. batterijen)
5.1.17 De meetsnoeren zijn nadrukkelijk alleen bedoeld voor het meten van de voor de
BENNING CM 11 genoemde nominale spanning. De meetpennen kunnen met afdek-
kappen worden beschermd.
5.1.18 Maximale opening van de stroomtang: 23 mm.
11/ 2014
/ Ω wisselt u door op de MIN/MAX-toets 7 te drukken van de
-pictogram op het display 9 staat). Het wordt opnieuw
BENNING CM 11
52