enkelfasige netaansluiting en met de
frequentie die is aangegeven op het ken-
merkenplaatje dat zich in het apparaat
bevindt.
De afzuigventilatoren zijn gemaakt met
dubbele isolering (klasse II) en hebben
daarom geen aarding nodig.
De installatie moet worden voorzien van
een tweepolige schakelaar met een afs-
tand tussen de contacten van ten minste
3 mm.
De elektrische kabel moet in de SILENT
worden ingevoerd via de kabelgeleider (4).
Eens de kabel is binnengebracht kan de
elektrische verbinding worden gemaakt
volgens de installatiefi che (2) van het
geïnstalleerde model:
SILENT CZ
Volg voor deze modellen volgende sche-
ma's: Fig.3 - De afzuigventilator wordt
ingeschakeld met dezelfde schakelaar als
de verlichting.
Fig.4 - De afzuigventilator wordt inges-
chakeld met een onafhankelijke schake-
laar.
SILENT-100 CZ 12V
Volg voor deze modellen volgende schema
fi g.12.
SILENT CRZ
Modellen met een aanpasbare timer. De
timer laat toe dat het apparaat gedurende
een bepaalde nalooptijd verder functio-
neert, na het uitschakelen van de schake-
laar (fi g. 6).
In het schema van de fi guur 5 wordt ge-
toond hoe een apparaat met timer wor-
dt aangesloten bij het inschakelen met
dezelfde schakelaar als de verlichting.
Verdraai de potentiometer op de printpla-
at voor het instellen van de timer (fi g. 8):
34
− Draai tegen de klok in om de ingestelde
tijd te verminderen (min. 1 minuut).
− Draai volgens de klok om de ingestelde
tijd te verhogen (max. 30 minuten).
SILENT-100 CRZ 12V
Volg voor deze modellen volgende schema
fi g.13.
SILENT-100 CRIZ (versie enkel
beschikbaar met het model 100)
Modellen met een aanpasbare timer. De
timer laat toe dat het apparaat gedurende
een bepaalde nalooptijd verder functio-
neert, na het uitschakelen van de schake-
laar (fi g. 6).
WAARSCHUWING:
Het apparaat beschikt over een ins-
chakelvertraging bij het starten van 50
seconden, hierdoor functioneert het de
eerste 50 seconden niet.
De inschakelvertraging werkt alleen in de
instelling/modus A (automaat).
De ventilator heeft GEEN inschakelver-
traging wanneer er een vaste nalooptijd
wordt gekozen!
In het schema van de fi guur 5 wordt ge-
toond hoe een apparaat met timer wor-
dt aangesloten bij het inschakelen met
dezelfde schakelaar als de verlichting.
Verdraai de potentiometer op de printpla-
at voor het instellen van de timer (fi g. 8):
Het apparaat is uitgerust met een timer
met vier posities:
Positie Auto:
− Als de gebruikstijd korter is dan 50 se-
conden schakelt de ventilator niet in.
− Is de gebruikstijd langer dan 50 secon-
den, dan schakelt de ventilator in, en
wordt de nalooptijd bepaald als afge-
leide van de gebruikstijd (hoe langer de