De instelling van uw televisietoestel
De instelling van het geluidsmenu
U kan de geluidsinstellingen van uw
televisie beheren via de ( ) en ( )
toetsen op de afstandsbediening of de
( ) en ( ) rechtstreeks op uw toestel.
U kan de andere geluidsinstellingen
beheren door naar het Sound (Geluid)
menu te gaan. Het enige wat u hiervoor
hoeft te doen, is op ( ) drukken op de
afstandsbediening. Druk dan op ( ) om
het GELUIDS menu op het scherm weer
te geven en druk op ( ). Met de op-
neer navigatietoets (
u de functies selecteren die u wenst.
Balance: Om het volume-evenwicht
tussen de linker en rechter luidspreker
aan te passen tot het gewenste niveau,
selecteert u Balance met de (
Met de rechts-links navigatietoetsen ( ),
( ) kan u de balance bijstellen.
Geluidstype: Het programma waar
u naar kijkt kan in stereo of in
verschillende talen uitgezonden worden.
Met de rechts/links toetsen ( ), ( ) in
de geluidstype balk kunt u Mono/Stereo
of Dual-I/Dual-II taal selecteren.
Opmerking: U maakt deze selectie zonder het
menu in te voeren met de (
afstandsbediening.
Geluidsmodus: Indien u het geluid meer diepte
wenst te geven, selecteert u Spatial met de ( )
toets.
Equalizer: Selecteer het Equalizer symbool,
) / (
) kan
selecteren met de ( ) en ( ) toetsen : 120Hz,
500Hz, 1.5KHz, 5KHz en 10KHz. Om de
wijzigingen op te slagen in het geheugen drukt
u op de menu toets en verlaat u de gebruikersoptie.
U kan de equalizer functie altijd verlaten door
op "Exit" te drukken.
Bovendien kan u de onwijzigbare standaard-
instellingen selecteren in het geheugen
(Geluidsmodus) door op de (
Muziek, sport, cinema en Speech, Gebruiker 1
en Gebruiker 2 zijn de waarden die u opslaat
in het geheugen.
) toets.
) toets van de
DUTCH -15-
druk op ( ) of de ( ) toets. De equalizer
instellingfunctie wordt weergegeven.
Met de op-neer navigatietoetsen (
/ (
) maakt u een selectie uit een reeks
vooraf ingestelde instellingen voor
verschillende types van geluidsoutput
zoals Music, Sport, Cinema en Spraak.
U hebt ook de User 1 en User 2 optie
instelling die volgens uw voorkeuren
dienen te worden ingesteld. Om één
van de User opties te selecteren, drukt
u op ( ). U kan het frequentieniveau
aanpassen met de (
U kan de volgende frequentie golflengten
)
) en (
) toetsen.
) toets te drukken.