All manuals and user guides at all-guides.com
Verzonken montage en oppervlaktemontage
1. Draai de vergrendelingschroeven van de onderste en bovenste
vergrendelingsring gedeeltelijk los (zie
2. Draai de onderste en bovenste vergrendelingsring gedeeltelijk los
om bij de gaten voor de bevestigingsschroeven te kunnen. Nadat
u de vergrendelingsring hebt losgedraaid, kunt u de camerastand
verstellen om beter bij de gaten voor de bevestigingsschroeven
te kunnen.
3. Schroef de cameravoet op de gewenste plaats aan de wand,
het plafond of de masttop. Gebruik voor de montage vier
bevestigingsschroeven die geschikt zijn voor uw installatie.
Opmerking
Deze handleiding biedt u bevestigingssjablonen voor
het monteren van de camera. Zie pagina 13 voor de
HC80 en HC81 en pagina 14 voor de HC82.
Monteer de camera altijd op een vlak en egaal oppervlak.
Alleen voor oppervlaktemontage: voor een waterdichte installatie
moet de inkeping in de cameravoet, waardoor de voedings- en
videokabels naar buiten worden geleid, omlaag wijzen. Als de
voedings- en videokabels aan de bovenzijde van de voet naar buiten
worden geleid (bij wandmontage), kan er water in de cameravoet
binnendringen. Dicht de inkeping en eventuele andere kieren tussen
de cameravoet en het bevestigingsvlak af met een geschikte
afdichtkit.
Stap 3: Camera positioneren
Let op
Draai en positioneer de camera niet als het
cameraomhulsel niet stevig vast zit. Probeer
het opnamebereik nooit met behulp van de camerakaart of
lens te richten, aangezien u de camera hierdoor kunt
beschadigen.
1. Draai de vergrendelingsschroeven van de onderste en bovenste
vergrendelingsring los.
2. Draai de vergrendelingsringen los en positioneer de camera. Draai
de camera totdat deze het gewenste bereik opneemt. Draai de
vergrendelingsringen vast om de stand vast te zetten.
3.
Zet de camera vast door de vergrendelingsschroeven van de
vergrendelingsringen met de meegeleverde inbussleutel aan te draaien.
Rev 1.00
Figuur
2).
4
Document 900.0391
09/05