WERKING - Algemeen
De volgende beschrijving hoort bij de afbeelding op pagina 2:
1. Temperatuurregelaar
2. Pan
3. Glazen deksel
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Verwijder voor gebruik de verpakking en verwijder de folie van de voedselverdeler.
2. Reinig alle accessoires om eventuele resten van het fabricageproces te verwijderen (zie 'Reiniging en
onderhoud').
3. Monteer het glazen deksel (3) en de knop (4) als aangegeven op pagina 2.
LET OP:
•
De eerste keer dat u het apparaat in gebruik neemt, kan er lichte rookontwikkeling en een
specifieke geur ontstaan. Dit is normaal en zal vanzelf verdwijnen. Zorg voor voldoende ventilatie.
•
Om de voedselverdeler te gebruiken, plaatst u deze in de pan voordat u de verschillende gerechten
toevoegt die u wilt bereiden. Laat het apparaat afkoelen voordat u de voedselverdeler verwijdert en
maak het grondig schoon voordat u het opbergt.
GEBRUIK
1. Steek de thermostaat geheel in de aansluitbus van de pan, zie pagina 2.
Let op: Alleen het bijgeleverde snoer met thermostaat mag gebruikt worden.
2. Steek de stekker in het stopcontact.
3. Stel met behulp van de temperatuurregelaar de gewenste temperatuur in:
Stand 1 = ca. 115°C
Stand 2 = ca. 155°C
Stand 3 = ca. 175°C
Stand 4 = ca. 185°C
Stand 5 = ca. 220°C
4. Smeer de bodem van de pan eventueel in met een beetje olie.
5. Leg de etenswaren die u wilt bereiden in de pan.
6. Bereid de etenswaren totdat deze gaar zijn. Keer de etenswaren zo nu en dan om, zodat ze geleidelijk
gaar worden.
7. Neem de etenswaren uit de pan en plaats ze op een bord. Voorzichtig! De etenswaren zijn heet.
8. Draai de regelknop van de thermostaat naar de stand "0".
9. Haal de stekker uit het stopcontact en trek daarna de temperatuurregelaar uit het apparaat.
LET OP:
•
De metalen pin op de thermostaat kan zeer heet zijn.
•
Het indicatielampje op de thermostaat zal oplichten om aan te geven dat het verwarmingselement is
ingeschakeld.Na een paar minuten gaat het indicatielampje uit. Zodra het indicatielampje gedoofd is,
heeft het apparaat de vereiste temperatuur bereikt en is het klaar voor gebruik
•
Gebruik geen vorken, messen of andere scherpe voorwerpen! Hiermee kunt u de antiaanbaklaag
beschadigen.
REINIGING EN ONDERHOUD
Reinig het apparaat na elk gebruik.
1. Neem de stekker uit het stopcontact, laat het apparaat volledig afkoelen en verwijder de
thermostaat uit de aansluiting.
2. Reinig de pan en het onderstel met een vochtige doek en eventueel wat afwasmiddel.
3. Droog de pan en het onderstel grondig af.
4. Zorg ervoor dat het apparaat niet is aangesloten op de netvoeding als u het gaat schoonmaken.
5. Gebruik geen agressieve of schurende schoonmaakmiddelen of scherpe voorwerpen (zoals messen of
harde borstels) bij het reinigen.
6. Dompel de aansluitbus, de thermostaat, de stekker en het snoer nooit in water of een andere vloeistof.
4. Knop
5. Handgrepen
6. Kabel en stekker
11
11
NL
NL