6.1 Wanneer tijdens het fietsen het display aangeeft dat er nog
maar 5% lading is, (zie Fig. 6,1), dan moet de accu zo snel mogelijk
worden opgeladen!
6.2 Vergeet niet om de accu volledige op te laden voor u
vertrekt op een lange fietstocht!
Druk op de knop op het eind van de accuhouder.
Wanneer er 4 blauwe lampjes oplichten, is de accu
helemaal opgeladen. Wanneer er maar 2 gaan branden,
moet de accu worden opgeladen (Fig. 6.2).
6.3 Als de fiets minder frequent of een tijdje niet wordt
gebruikt, moet de accu elke 2-3 maand volledig worden opgeladen.
WAARSCHUWING:
1) De levensduur van de accu kan verminderen na langdurige opslag zonder regelmatig op te laden zoals
hierboven beschreven, als gevolg van natuurlijke ontlading.
2) Houd nooit een metalen voorwerp rechtstreeks tegen de twee polen van de accu, anders zal de accu
beschadigd worden als gevolg van kortsluiting.
3) Houd de accu nooit in de buurt van vuur of een warmtebron.
4) Voorkom bruusk schudden en stoten en gooi niet met de accu.
5) Houd het accupack wanneer hij van de fiets verwijderd is buiten bereik van kinderen om onverwachte
ongelukken te voorkomen.
6) De accu mag niet uit elkaar worden gehaald.
7.
Gebruik en onderhoud van de acculader
Gelieve voordat u de accu oplaadt eerst de handleiding van de fiets en de handleiding van de lader te lezen,
indien aanwezig. Neem ook de volgende punten met betrekking tot de acculader in acht.
Gebruik deze lader niet in de buurt van explosief gas of bijtende stoffen.
Voorkom bruusk schudden en stoten en gooi niet met de acculader om schade te voorkomen.
Bescherm de acculader altijd tegen regen en vocht!
De acculader dient te worden gebruikt bij normale temperaturen: tussen 0°C en +40°C.
De lader mag niet uit elkaar worden gehaald.
Gebruik alleen de lader die meegeleverd werd met de elektrische fiets, anders zou de accu beschadigd
kunnen worden en vervalt de garantie.
Tijdens het laden moeten zowel de accu als de lader op een afstand van minimum 10 cm van de muur
liggen of anderzijds door ventilatie gekoeld worden. Plaats niets rond de lader wanneer die wordt
gebruikt!
(Fig. 6.1)
(Fig. 6.2)
(Fig. 6.2)
69/74