Aansluitingen Op De Waterleiding; Elektrische Aansluitingen - Ferroli GN4 N Instrucciones De Uso, Instalación Y Mantenimiento

Caldera de fundición, de alto rendimiento para combustibles líquidos y/o gaseosos
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 22
GN4 N

2.1 Aansluitingen op de waterleiding

Voer de aansluiting van het apparaat op de waterleiding uit, met inachtneming van de aanwijzingen vlakbij elk aansluitpunt
en op figuur 2 in deze handleiding.
De aansluiting wordt op zodanige wijze uitgevoerd dat de buizen niet worden belast. Het is verplicht een veiligheidsklep
te monteren op het verwarmingscircuit, zo dicht mogelijk bij de verwarmingsketel, zonder obstakel of onderscheppingsin-
richting tussen de ketel en de klep.
Het apparaat wordt geleverd zonder expansievat. De aansluiting dient bijgevolg te worden uitgevoerd door de installateur.
Denk eraan dat de druk in de installatie, buiten werking, begrepen is tussen 0,5 en 1 bar.
2.2 Aansluiting brander
De gasolie- of gasbrander - blaasluchtbrander voor drukhaarden - kan worden gebruikt indien zijn werkingskarakteristieken
aangepast zijn een de afmetingen van de haard van de verwarmingsketel en zijn overdruk. De keuze van de brander gebeurt
vooraf met inachtneming van de instructies van de fabrikant, in functie van het gebruiksdoel, het brandstofverbruik en de
drukwaarden, alsook de lengte van de verbrandingskamer.
Monteer de brander volgens de instructies van de Fabrikant.

2.3 Elektrische aansluitingen

De verwarmingsketel wordt aangesloten op een eenfasige elektriciteitsleiding van 230 Volt-50 Hz, met vaste aan-
sluiting en een bipolaire schakelaar waarvan de contacten een opening van minstens 3 mm hebben, met aange-
paste zekeringen. De brander en de eventuele thermostaat aansluiten, met inachtneming van het schakelschema
weergegeven in hoofdstuk 4.
De elektrische veiligheid van het apparaat wordt slechts bereikt wanneer deze laatste correct werd aangesloten op een
doeltreffende aardleiding, uitgevoerd zoals voorzien door de geldende veiligheidsnormen. De doeltreffendheid van de aar-
dleiding dient door vakbekwaam personeel te worden nagekeken. De fabrikant kan niet verantwoordelijk worden gesteld
voor eventuele schade voortvloeiend uit de afwezigheid van een aardleiding. Om na te gaan of de elektrische installatie
aangepast is aan het max. opgenomen vermogen van het apparaat en aangeduid op het gegevensplaatje, er in het bijzonder
over waken dat de doorsnede van de kabels van de installatie aangepast is aan het apparaat.
2.4 Aansluiting aan het rookkanaal
Het is raadzaam de verwarmingsketel te koppelen aan een goed rookkanaal, gebouwd met inachtneming van de geldende
normen. De leiding van de verwarmingsketel naar het rookkanaal dient van een materiaal te zijn dat aangepast is aan het
doel, m.a.w. bestand is tegen hoge temperaturen en corrosie. De verbindingspunten dienen luchtdicht te worden gehouden
en de hele leiding tussen de ketel en het rookkanaal dient te worden geïsoleerd, om condensvorming te voorkomen.
2.5 Assemblage verwarmingsketel
De verwarmingsketel kan geleverd worden:
1 Met de elementen gedemonteerd, in 4 afzonderlijke verpakkingen die de mantel, het instrumentenbord, de elementen
en de accessoires voor de montage van de elementen bevat.
Volg voor de assemblage van het ketellichaam de aanwijzingen bijgevoegd bij de groep elementen. Volg voor de assem-
blage van de mantel en het instrumentenbord de volgende aanwijzingen.
2 Met het lichaam gemonteerd in 3 afzonderlijke verpakkingen die de mantel, het instrumentenbord en het ketellichaam
bevatten.Volg voor de assemblage van de mantel en het instrumentenbord de volgende aanwijzingen.
1
2
1
2
A
B
A Indien het ke tel li chaam
reeds ge mon te erd wor-
dt geleverd en geplaatst
op een pallet, de bouten
1 ve rwijde ren die hem
be ve sti gen aan het pal-
let en hem plaatsen voor
de definitieve in stal la tie.
Ga ver vol gens over tot
de mon ta ge van de ver-
schil len de panelen.
1
7 elem.
8 elem.
9 elem.
2
10 elem.
11 elem.
2
12 elem.
13 elem.
B M o n t e e r h e t
achterpaneel 1
14 elem.
op de spieën 2
en zet de bou-
ten aan zonder
C
ze teveel aan te
spannen.
C Monteer de rechter- en linkerflanken, door het aantal zijpanelen te kiezen
in functie van de afmetingen van de verwarmingsketel (zie tabel).
Cod. 3541A511 - Rev. 01 - 03/2015
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 3 + C. 3
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 1 + C. 1
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 2 + C. 2
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 2 + C. 2
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 2 + C. 2
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 3 + C. 3
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 1 + C. 1
F. a. DX + SX +
C. a.
F. 2 + C. 2
7 elementen
9÷12 elementen
13÷14 elementen
Panelen
F. a. DX = 330 mm (cod. 3703812/0)
F. a. SX = 330 mm (cod. 3703813/0)
F. 1 = 406 mm (cod. 3703814/0)
F. 2 = 536 mm (cod. 3703815/0)
F. 3 = 666 mm (cod. 3703816/0)
F. 1 + C. 1
Lid
C. a. = 273 mm (cod. 3703822/0)
C. 1 = 406 mm (cod. 3703819/0)
F. 1 + C. 1
C. 2 = 536 mm (cod. 3703820/0)
C. 3 = 666 mm (cod. 3703821/0)
F. 2 + C. 2
F. 3 + C. 3
F. 3 + C. 3
F. 2 + C. 2
F. 2 + C. 2
F. 2 + C. 2
F. 2 + C. 2
31

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido