• Bedek nooit de ventilatieopeningen en zorg ervoor dat
het apparaat op een goed geventileerde plek is geplaatst.
• Plaats geen warmtebronnen en magnetische voorwerpen
in de buurt van of op het apparaat en zorg ervoor dat de
omgeving droog en vochtvrij is.
• Plaats geen voorwerpen gevuld met water, zoals vazen,
op het apparaat.
• Gebruik geen insectensprays of andere ontvlambare
stoffen in de buurt van het apparaat.
• Oefen bij het aanpassen van de windstroom geen druk uit
op het luchtinlaatrooster.
Handleiding
NEDERLANDS
49