aan de buitenzijde, om zo de uiteindelijke positie te bepalen.
3. Markeer de positie met een markeerstift.
4. Verwijder de witte beschermfolie en breng de Heat Wave Substraat
verwarmer voorzichtig aan op de wand van het terrarium. Verwijder
de transparante film aan de andere zijde van de mat NIET. De Heat
Mat kan niet meer worden verwijderd eens geplakt.
5. Plaats het terrarium op zijn plaats.
6. Plaats de stekker in het stopcontact.
7. Voeg het substraat en decoratie toe (zie Substraten en Decoratie).
SUBSTRAATGELEIDING
Materiaal
Graniet
Zandsteen
Nat zand
Natte grond
Glas
Water
Natte turf, schors, kokosnootvezel
Droog zand
Droge grond
Droge turf, schors, kokosnootvezel
Substraten
Indien de Heat Mat Substraat verwarming gemonteerd is onder het
terrarium dient een substraat te worden aangebracht om oververhitting
van de dieren en zelfs brandwonden te voorkomen. De efficiëntie van
de Heat Mat Substraat Verwarming is afhankelijk van het gebruikte
substraat en de dikte van de laag, daar sommige substraten beter
geleidend zijn dan andere (zie tabel).
Vochtige substraten verhogen de vochtigheid in het terrarium snel
indien verwarmd door een Heat Mat Substraat Verwarming. Dit is ideaal
voor vocht- en warmteminnende reptielen en amfibieën. Gebruik enkel
warm (30ºC) water bij het toevoegen aan het terrarium om barsten in de
bodemplaat te voorkomen bij plotse temperatuursverandering.
Decoratie
Plaats altijd een waterschaaltje aan de tegenovergestelde zijde dan
waar de Heat Mat Substraat Verwarming is gemonteerd. Dit voorkomt
snelle verdamping en te warm water. Schuilgrotjes dienen ook in de
koude zone te worden geplaatst om zo natuurlijk gedrag te bevorderen.
Reptielen zoeken deze plaatsen op om af te koelen en te zich te
beschermen. Andere decoratiematerialen zoals stenen of hout kunnen
in de warme zone (op de Heat Mat Substraat Verwarming) worden
geplaatst om zo nog meer temperatuurzones te creëren.
Andere warmtebronnen
Naast de Heat Mat Substraat Verwarming kunnen tal van andere
supplementaire warmtebronnen worden gebruikt om zo een optimale
omgeving te creëren. In de natuur wordt warmte overgebracht op drie
manieren:
(W/mK)
2.90
1.70
1.55
1.50
1.38
0.60
0.33
0.21
0.20
0.08