DE BRANDSTOFSLANG VERVANGEN
LET OP: STRENG VERBODEN VOOR ONTBRANDBARE
MATERIALEN
Controle- en reinigingsinterval: Dagelijks (iedere 10 bedrijfsuren)
Vervanging: Jaarlijks (iedere 200 bedrijfsuren)
Vervang de brandstofslang (1) ieder jaar, ongeacht de gebruiksfrequentie.
Brandstoflekkage kan brand veroorzaken.
Als tijdens de inspectie een lekkage wordt gevonden, vervangt u de
brandstofslang onmiddellijk.
DE BOUTEN, MOEREN EN SCHROEVEN
INSPECTEREN
– Draai losse bouten, moeren, enz., weer vast.
– Controleer of de brandstofvuldop en olievuldop goed vastgedraaid zijn.
Controleer op brandstof- en olielekkage.
– Vervang beschadigde onderdelen door nieuwe voor een veilig gebruik.
DE ONDERDELEN SCHOONMAKEN
– Houd de motor altijd schoon door deze af te vegen met een poetsdoek.
– Houd de koelribben van de cilinder vrij van stof en vuil. Stof en vuil dat zich
tussen de koelribben ophoopt, zal leiden tot het vastlopen van de zuiger.
DE AFDICHTINGEN EN PAKKINGEN VERVANGEN
Vervang de pakkingen en afdichtingen als de motor gedemonteerd is.
Alle onderhouds- of afstelwerkzaamheden die niet in deze gebruiksaanwijzing zijn beschreven, mogen alleen worden uitgevoerd door een
erkend servicecentrum.
DE UITLAATPOORT VAN DE UITLAATDEMPER
SCHOONMAKEN
– Controleer de uitlaatpoort van de uitlaatdemper (1) regelmatig.
– Als deze verstopt is met koolafzettingen, schraapt u de afzettingen
voorzichtig weg met een geschikt gereedschap.
OPSLAG
WAARSCHUWING: De motor is nog heet vlak nadat de motor is uitgeschakeld. Als u de brandstof
GEVAAR:
– Tap de brandstof af uit de brandstoftank en carburateur aan de hand van de
volgende procedure:
1) Draai de brandstofvuldop eraf en tap de brandstof volledig af.
Als een vreemde substantie is achtergebleven in de brandstoftank,
verwijdert u deze volledig.
2) Trek met behulp van een draadhaak het brandstoffilter uit de
brandstofvulopening.
3) Druk op de brandstofhandpomp totdat de brandstof daaruit en in de
brandstoftank stroomt.
4) Plaats het brandstoffilter in de brandstoftank en draai de brandstofvuldop
stevig vast.
5) Laat de motor vervolgens draaien tot deze afslaat.
– Verwijder de bougie en breng enkele druppels motorolie via het bougiegat in
de cilinder.
– Trek voorzichtig aan de trekstarthandgreep zodat de motorolie zich door de
motor verspreidt, en monteer daarna de bougie weer.
– Bevestig de beschermkap om het metalen snijblad.
– Normaal gesproken slaat u het gereedschap horizontaal op. Als dit niet
mogelijk is, plaatst u het gereedschap zodanig dat de motor zich lager
bevindt dan het snijgarnituur. Anders kan motorolie van binnenuit lekken.
– Bewaar de afgetapte brandstof in een speciale jerrycan op een goed
geventileerde plaats in de schaduw.
gaat aftappen, wacht u voldoende lang om de motor te laten afkoelen nadat
deze is uitgeschakeld. Anders kunt u uw huid verbranden of kan brand
ontstaan.
Als het gereedschap gedurende een lange tijd niet gebruikt gaat worden, tapt
u alle brandstof uit de brandstoftank en carburateur, en slaat u het op een
droge, schone plaats op.
104
(1)
(1)