_CDF-11.book Seite 78 Freitag, 24. September 2010 1:57 13
Bediening
5.5
Koelbox vastzetten in het voertuig
➤ Open het deksel van de koelbox.
➤ Leg de veiligheidsgordel in de geleiding (afb. 1 3, pagina 2) van de koel-
box.
➤ Sluit het deksel.
➤ Klik de veiligheidsgordel vast en trek hem strak.
5.6
Koelbox inschakelen
Waarschuwing – oververhittingsgevaar!
e
Let er altijd op dat de warmte die bij het gebruik ontstaat goed af-
gevoerd kan worden. Let erop dat de ventilatiesleuven niet worden
afgedekt. Zorg ervoor dat het toestel op voldoende afstand tot wan-
den en voorwerpen staat, zodat de lucht kan circuleren.
Let op – gevaar voor beschadiging van het toestel!
e
Koppel de koelbox en andere verbruikers van de accu los, voordat
u de accu met een snellader oplaadt. Overspanningen kunnen de
elektronica van de toestellen beschadigen.
De koelbox kan met 12V- of 24V-gelijkspanning gebruikt worden.
Voor de veiligheid is de koelbox met een elektronische beveiliging tegen ver-
keerd polen uitgerust, die de koelbox tegen verkeerd polen bij de accu-aan-
sluiting en tegen kortsluiting beschermt.
➤ Plaats de koelbox op een vaste ondergrond.
Let erop dat de ventilatiesleuven niet zijn afgedekt en de verwarmde lucht
goed kan wegtrekken.
➤ Sluit de 12/24-V-aansluitkabel op de sigarettenaansteker of een 12/24 V-
stopcontact in het voertuig aan.
Let op!
a
Zorg ervoor dat er zich alleen voorwerpen of waren in de koelbox
bevinden die op de gekozen temperatuur gekoeld mogen worden.
Aanwijzing
I
Bij normaal gebruik moet de noodschakelaar (afb. 1 12,
pagina 2) in de stand „Normal" staan.
➤ Druk de aan/uit-schakelaar (afb. 2 1, pagina 2) gedurende drie secon-
den in.
78
BordBar CDF-11