maken aan het voertuig, moeten steeds aangespannen blij-
ven. Pas steeds de gordels aan die dienen om het kind op zijn
plaats te houden. De gordels mogen niet gedraaid zijn bij het
vastmaken.
vaste of oprolbare veilig-heidsriemen die over 3 bevestigings-
punten beschikken, conform het reglement UN/ECE nr.16 of
elke andere equivalente norm. Nooit de draagmand naar voor
of naar achter gericht in het voertuig plaatsen, maar steeds
loodrecht tegenover de rijrichting van het voertuig. Plaats de
draagmand enkel op de achterbank van het voertuig, nooit
vooraan.
boorte tot 10 kg (van 0 tot 6 maanden ongeveer, afhankelijk
van de omvang en lichaamsbouw van het kind).
zonder de hoes gebruiken.
U dient de hoes van de zit enkel te vervangen door een hoes
van de fabrikant want deze heeft directe gevolgen met be-
trekking tot het systeem dat de kinderen bevestigt. Indien
het model van de draagmand geen hoes bezit, is het aanbe-
volen om uw kind uit de zon te houden. Zo kan uw kind niet
verbranden.
WIEGFUNCTIE - WAARSCHUWING!
selementen van de draagmand (bescherming in polystyreen)
mogen onder geen enkel beding worden verwijderd of aange-
past. Deze elementen zijn heel belangrijk voor de veiligheid
van uw kind.
mand aanpast, gelieve uw kind eerst te verwijderen uit de
draagmand (regelen van het rugvlak).
gen oppervlakte (tafel)...
van uw wandelwagen.
NL
-
-
-
-