de haak van de uitstulping af.
worden om de draagmand in de auto vast te maken.
A
3°) Plaats de draagmand op de autozetels achteraan of op de achterbank van
tigingshaak en laat die glijden over het lipje van de haak. Doe dit aan weerszijden van de
Lus met riem
van de buikgordel
lipje
- Lipje naar de buitenkant
- Lus gevormd door de riem van de
ning van de bevestigingshaak
veiligheidsgordel zo veel mogelijk aan (foto E hierboven) (de onderkant van de draagmand moet zo
plat mogelijk blijven) en blokkeer hem door een korte ruk aan de gordel te geven.
Om de draagmand te verwijderen, heeft u twee mogelijkheden:
blok(b) naar beneden te trekken (zie pagina 29). Dit zorgt ervoor dat u gemakkelijk de reeds
uitgevoerde bevestiging van haken op de autogordel kunt terug vinden.
OPGELET : Voor de veiligheid van uw kind: Tijdens het vervoeren van uw kind in
de wagen dient u altijd het kind in de draagmand vast te maken met behulp van
de riem en het harnas. De duur van de rit speelt hier geen rol. Pas de riem en het
harnas goed aan uw kind aan. Plaats het handvat van de draagmand in de lig-
positie (positie 3). Geen enkele riem mag gedraaid zijn voor of achter de draag-
mand. Het rugvlak moet zo plat mogelijk liggen tijdens de autorit.
buikgordel
C
lipje
- Lipje op zijn plaats
- Lus gevormd door de riem
-
geschoven.
-
(b)
-
D
riem van de
buikgordel
Trek aan de riem van de
gordel om hem zo goed
mogelijk aan te spannen.
NL
-
E