IN GEBRUIK NEMEN
FUNCTIES
A. Rem functie
Zet de buggy op de rem door met de voet de remmen op de achterwielen naar bene-
den te duwen. Rol de buggy vervolgens naar voren en naar achteren totdat de rem-
men vastklikken. U kunt de buggy weer van de rem afhalen door aan weerszijden de
remmen met de voet omhoog te duwen.
NL
B. Zwenkwielen aan de voorzijde
Duw de hendel naar beneden om de zwenkfunctie te activeren. Als u de hendel
omhoog duwt, wordt het voorwiel vastgezet (dat wil zeggen, het zwenkt niet meer).
Om de wielen vrij te laten draaien, haalt u de hendel omlaag.
GEBRUIK VAN DE 5-PUNTS VEILIGHEIDSGORDEL
WAARSCHUWING: GEBRUIK ALTIJD DE VEILIGHEIDSGORDEL IN
COMBINATIE MET HET TUSSENBEENSTUK.
Zorg dat de schoudergordels aan de uiteinden van de heupgordels zijn vast geklikt.
Klik de uiteinden van de heupgordels in de kruisgordel (het riempje dat tussen de
benen gaat). Stel de schouder-, heup- en kruisgordel in op de juiste lengte zodat het
kind goed vastzit.
Druk op het kunststof in het midden van de gesp om de gordel te openen.
VASTMAKEN
LOSMAKEN
7