•
De F-waarde en de synthetische brandpuntsafstand varieert afhankelijk van de combinatie van
telescoop en oogglas, maar de F-waarde en de weergegeven brandpuntsafstand van de camera
zijn vast ingesteld op respectievelijk 6,3 en 540 mm.
Scherpstelling:
•
Er is alleen handmatige scherpstelling beschikbaar met de scherpstelring van het objectief van
de telescoop. Automatische scherpstelling (autofocus) is niet beschikbaar.
Nl
•
Als het onderwerp donker is, kan het aanpassen van de scherpstelling moeilijk zijn. Voer zo no-
dig wijzigingen in de LCD-instelling voor de Nikon 1 uit.
Het ontspannen van de sluiter:
•
Gebruik een zelfontspanner of afstandsbediening bij het maken van opnamen om de trillingen
te verminderen die worden veroorzaakt door het ontspannen van de sluiter.
•
Gebruik een stevig statief om trillingen bij het maken van foto's tot een minimum te beperken.
Andere:
•
De stand Slimme Fotoselectie is niet beschikbaar.
•
De stand Bewegingssnapshot is niet beschikbaar.
•
De automatische fotostand is niet beschikbaar. (Alleen J2)
•
In de creatieve modus zijn alleen de belichtingsstanden P, S, A en M beschikbaar. (Alleen J2)
102
Voorzorgsmaatregelen bij het opnemen
•
Er kan sprake zijn van vignettering of schaduwvorming ten gevolge van relevante fysieke om-
standigheden, zoals het cameramodel en het type oogglas dat is aangesloten. Vignettering of
schaduwvorming kan niet volledig worden uitgesloten.
•
Pas tijdens het opnemen de scherpstelling aan door aan de scherpstelring van de telescoop te
draaien terwijl u het onderwerp op het LCD-scherm of in de zoeker van de camera bekijkt.
•
Een geringe scherptediepte ontstaat bij opnamen met sterke vergroting. Besteed voldoende
aandacht aan de scherpstelling.
•
Gebruik een zelfontspanner of afstandsbediening om trillen bij opnamen met sterke vergroting
te voorkomen.
•
De opnamepositie kan verschuiven ten gevolge van de bediening van de camera. Controleer de
positie voordat u de sluiterknop indrukt.
•
Maak geen gebruik van de flitser tijdens het maken van opnamen.
•
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan er ruis in de vorm van strepen ontstaan in fo-
to's.
Exif-gegevens
De brandpuntsafstand en F-waarde bij het opnemen van beeldgegevens is vast ingesteld op res-
pectievelijke 540 mm en 6,3.
Nl
103