Bosch PTD 1 Manual Original página 45

Ocultar thumbs Ver también para PTD 1:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 24
OBJ_BUCH-1625-003.book Page 45 Wednesday, September 7, 2016 11:24 AM
keer werd uitgeschakeld. Er wordt nog geen meting ge-
start. De laser is uitgeschakeld.
– Schakel het meetgereedschap in met de toets Meten 4.
Na een korte startsequentie wordt de laser ingeschakeld.
Het meetgereedschap begint meteen met een meting met
de instellingen (bedrijfsmodus, emissiegraad) die het wa-
ren opgeslagen toen het de laatste keer werd uitgescha-
keld.
 Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbe-
heerd achter en schakel het meetgereedschap na ge-
bruik uit. Andere personen kunnen door de laserstraal
verblind worden.
 Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk
zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote af-
stand.
De lichtintensiteit van de displayverlichting wordt 30 secon-
den na elke druk op een knop verminderd om energie te be-
sparen. Bij het indrukken van een willekeurige toets wordt de
displayverlichting weer op volledige sterkte ingeschakeld.
Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen, drukt u op de
aan/uit-toets 13.
Als er gedurende ca. 4 minuten geen toets op het meetge-
reedschap wordt ingedrukt, wordt het meetgereedschap au-
tomatisch uitgeschakeld om de batterijen te ontzien.
Meetvoorbereiding
Emissiegraad voor oppervlaktetemperatuurmetingen in-
stellen
Voor de bepaling van de oppervlaktetemperatuur wordt aan-
rakingsloos de natuurlijke infraroodwarmtestraling gemeten
die wordt uitgezonden door het voorwerp waarop de laser
wordt gericht. Voor correcte metingen moet de op het meet-
gereedschap ingestelde emissiegraad (zie „Emissiegraad",
pagina 47) voor elke meting gecontroleerd en indien nodig
aan het meetvoorwerp aangepast worden.
Op het meetgereedschap kan tussen drie emissiegraden wor-
den gekozen. De in de onderstaande tabel aangegeven vaak
gebruikte materialen zijn een voorbeeld van een keuze in het
bereik van de te gebruiken emissiegraad.
Hoge emissiegraad: Beton (droog), baksteen
(rood, ruw), zandsteen (ruw), marmer,
dakboard, stucwerk (ruw), mortel, gips, parket
(mat), laminaat, pvc, tapijt, behang (met
patroon), tegels (mat), glas, aluminium
(geeloxeerd), email, hout, rubber, ijs
Gemiddelde emissiegraad: Graniet, klinkers,
vezelplaat, behang (met licht patroon), lak
(donker), metaal (mat), keramiek, leer
Lage emissiegraad: Porselein (wit), lak (licht),
kurk, katoen
Voor de gekozen voorbeelden wordt een emissiegraad aangegeven van:
– hoge emissiegraad: 0,95
– gemiddelde emissiegraad: 0,85
– lage emissiegraad: 0,75
Bosch Power Tools
Voor het wijzigen van de emissiegraad drukt u de toets Emis-
siegraad 14 zo vaak in totdat u in de indicatie g de voor de vol-
gende meting passende emissiegraad heeft gekozen.
 Correcte oppervlaktetemperatuurindicaties zijn alleen
mogelijk als de ingestelde emissiegraad en de emissie-
graad van het voorwerp overeenkomen. Correcte aan-
duidingen van warmtebruggen en schimmelgevaar zijn
eveneens afhankelijk van de ingestelde emissiegraad.
Meetoppervlak bij oppervlaktetemperatuurmetingen
De door het meetgereedschap opgewekte lasercirkel geeft
het meetoppervlak aan waarvan de infraroodstraling bij de
aanrakingsloze temperatuurmeting wordt bepaald.
Het gemiddelde laserpunt markeert het middelpunt van het
meetoppervlak. Voor een optimaal meetresultaat stelt u het
meetgereedschap zodanig af dat de laserstraal het meetop-
pervlak op dit punt loodrecht raakt.
 Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk
zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote af-
stand.
De grootte van de lasercirkel en daarmee van het meetopper-
vlak neemt toe met de afstand tussen meetgereedschap en
meetvoorwerp. De optimale meetafstand bedraagt 0,5 m tot
1 m.
 Houd het meetgereedschap niet vlakbij hete opper-
vlakken. Het meetgereedschap kan door de hitte bescha-
digd worden.
Het aangegeven meetresultaat is de gemiddelde waarde van
de gemeten temperaturen binnen het meetoppervlak.
Opmerkingen over de meetvoorwaarden
Sterk reflecterende of transparante oppervlakken (zoals glan-
zende tegels, roestvrijstalen panelen of kookpannen) kunnen
de oppervlaktetemperatuurmeting nadelig beïnvloeden. Plak
indien nodig het meetoppervlak af met donker-matte plak-
band die goed warmte geleidt. Laat de plakband kort op het
oppervlak op temperatuur komen.
De meting door transparante materialen is principieel niet
mogelijk.
De meetresultaten worden nauwkeuriger en betrouwbaarder
naarmate de meetomstandigheden beter en stabieler zijn.
De luchtvochtigheids- en temperatuursensor 1 kan door
schadelijke chemische stoffen zoals dampen van lak of verf
beschadigd worden. Die infraroodtemperatuurmeting wordt
door rook, damp of stoffige lucht nadelig beïnvloed.
Zorg daarom voor de meting voor voldoende ventilatie in de
ruimte, in het bijzonder als de lucht vuil of wasemig is. Meet
bijv. in de badkamer niet meteen na het douchen.
Laat de ruimte na het ventileren een tijdje op temperatuur ko-
men tot deze weer de gebruikelijke temperatuur heeft be-
reikt.
Omgevingstemperatuur en relatieve luchtvochtigheid wordt
rechtstreeks op het meetgereedschap aan de luchtvochtig-
heids- en temperatuursensor 1 gemeten. Houd voor duidelij-
ke resultaten het meetgereedschap niet vlak boven of naast
storingsbronnen zoals verwarmingen of open vloeistoffen.
Dek de sensor 1 in geen geval af.
Nederlands | 45
1 609 92A 1YH | (7.9.16)

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido