Schakel deaandrijving naar d ehulpstukken uittijdens
transport ofalszeniet w orden g ebruikt.
Stop d emotor enschakel deaandrijving naar
b et hulpstuk
uit,
- voordat u tankt;
- voordat u de opvangzak verwijdert;
- voordat u de hoogte verstelt tenzij de hoogte vanuit
de bestuurdersplaats kan worden ingesteld.
Minder gas tijdens het uitlopen van de motor, en ais de
motor met een afsluitklep is uitgerust, moet u de brand-
stoftoevoer aan bet einde van het maaien afsluiten.
IV. Onderhoud
en Opslag
•
Houd alle moeren, bouten en schroeven goed vastge-
draaid zodat u er zeker van kunt zijn dat de machine in
een veiiige bedrijfsstaat verkeert.
•
Sla de machine nooit in een gebouw op, waar dampen een
open vlam of vonk kunnen bereiken, terwijl zich benzine
in de tank bevindt.
Laat de motor afkoelen voordatu hem in een besloten
ruimteopbergt.
Beperkbrandgevaar: houddo motor, geluiddemper, a c-
curuimte en benzine-opslagruimte vrijvangras,bladeren
of een overmaat aan smeervet.
Controleer de opvangzak vaak op slijtage of verwering.
Vervang
versleten
of beschadigde
ondordelen
om
veiligheidsredenen.
AIs de brandstoftank afgetapt moet worden, moet dit
buiten worden gedaan.
Op machines met meordere messen dient u eraan te
denken dat her draaien van 66n rues andere messen kan
doen draaien.
Wanneer de machine moet worden geparkeerd, opgesla-
gen ofalleen moet worden gelaten, moet do maai-indchting
neergelaten worden tenzijeen mechanische vergrendeling
wordt gebruikt.
WAARSCHUWING:
Maak de bougiekabe!
altijd
los, plaats hem waar hij de bougie niet kan raken
teneinde onverhoede
starten te voorkomen tijdens
het opstellen, vervoeren,
afstellen of uitvoeren van
reparatiea.
hp/kw
27741
17,5/13
0-6,7
107
+
EN836:1997/A2
leO 3744
98/37/EC
leO
11094
2000/14/EC
Vibration
L_irmpegel
Vibration
Vibratie
Vibraci6n
Vibrazioni
Vibrering
Vibration
Vibrasjon
Tdrinii
m/s 2
02663
38-102
200
LpA < 90 dBa
LwA < 100 dBa
EN 1033
4
EN 1032
8
14