gce mediline Varimed Instrucciones De Uso página 33

Laat regelaars nooit onder druk staan behalve wanneer ze worden
gebruikt!
REINIGEN
7.
Verwijder vuil met een zachte, vetvrije en zuurstofverdraagbare, in zeepsop
gedrenkte doek en spoel na met schoon water.
Desinfectie kan plaatsvinden met behulp van een alcoholoplossing (spray of
vochtige doek).
Reinigingsmiddelen mogen geen schuurmiddel of andere stoffen bevatten die
de productmaterialen (inclusief de etiketten) kunnen beschadigen of het gas
kunnen verontreinigen. (organische koolwaterstoffen).
Reinig dit product niet met middelen die ammoniak bevatten!
Dompel dit product niet onder in water of een andere vloeistof!
Bescherm het product tegen hoge temperaturen (niet autoclaveren)!
ONDERHOUD
8.
8.1. ONDERHOUD EN LEVENSDUUR VAN HET PRODUCT
8.1.1. Onderhoud
1.
Regelaars moeten regelmatig worden gecontroleerd op tekenen van
mechanische schade of lekkage. Bij vermoeden van een onjuiste werking
of lekkage, moet de regelaar direct voor onderhoud of vervanging naar de
fabrikant worden geretourneerd.
2.
Drukregelaars zijn gevoelige precisie-instrumenten; probeer niet om
onderdelen eruit te halen of te vervangen.
3. Controleer ringen zorgvuldig om te controleren of ze onbeschadigd zijn
en niet bros of kleverig zijn geworden. Gebruik alleen originele ringen van
de fabrikant. Haal regelaars jaarlijks uit dienst en test ze op lekkage. Ze
moeten na maximaal zes bedrijfsjaren worden vervangen. Bij toepassing
onder zware omstandigheden moeten deze tijden worden verkort.
4. Laat nooit olie of vet in contact komen met de regelaar of het flesventiel, of
met enige toebehoren die met de apparatuur gebruikt worden.
5.
Gebruik geen PTFE-tape voor deze regelaar.
8.1.2. Levensduur
De maximale levensduur van het product is 10 jaar vanaf de productiedatum.
Na het verlopen van de levensduur (maximaal 10 jaar) mag het product niet
meer worden gebruikt. De eigenaar moet door passende maatregelen en
procedures (aanduidingen, isolatie, etc.) zorgen dat het product niet opnieuw
wordt gebruikt.
8.2. REPARATIES
Reparaties omvatten de wisseling van de hierna volgende niet functionerende
of ontbrekende onderdelen:
•
Inlaatstang,
•
Indicator,
•
Overdrukventiel,
•
Snelkoppeling/uitlaatstang
33/44
NL