BE-NL
Probleem
END OF DOSE
.
r
e
PROG
t
.
DOOR
AIR
e
s
g
h
-
n
BATT
de pomp blijft
werken
BATT met knippe-
n
rende "E" en "F"
-
FILL SET
OCC IN
OCC OUT
n
OCC OUT
(herhaalde)
.
LOCK
ZMNL900617_AW.indd 13
Oorzaak
• De pomp diende de
ingestelde dosis toe.
• Er is geen toedieningssnelheid
ingesteld.
Toedieningssnelheid=0 ml/h.
• De deur is niet of niet volledig
gesloten.
• De pomp heeft lucht in de pompset
gedetecteerd.
• De luchtsensor is vuil (fig.1, positie 8).
• De pompset werd niet correct geplaatst.
• De batterijlading is te laag.
De pomp is met deze laadstatus van
de batterij niet in staat zeer viskeuze
vloeistoffen aan een hoge toedienings-
snelheid toe te dienen.
• Batterijstoring.
• De pomp vult de set.
• De pomp heeft een stroomopwaartse
verstopping tussen de pomp en de
voedingscontainer gedetecteerd.
• De druksensorzone is vuil (fig. 1,
positie 5 & 6).
• De pomp heeft een stroomafwaartse
verstopping tussen de pomp en
patiënt.
• De druksensorzone is vuil (fig 1,
positie 5 & 6).
• IJking nog niet voltooid voor de
huidige voedingsset.
• Voor deze patiënt is enkel het
huidige voedingsschema
toegestaan. Een ander voedings-
schema is niet toegestaan door uw
medische zorgverlener.
Oplossing
• De ingestelde dosis of volume is toegediend.
• Druk op "START/STOP"-toets om het alarm uit te zetten.
• Druk op de "info"-toets en vervolgens op "CLR" om het
toegediend volume uit het geheugen te wissen. (Om
tegelijkertijd de toedieningssnelheid en de dosis te wissen
moet de "CLR"-toets 3 seconden ingedrukt worden).
• Zorg ervoor dat de juiste toedieningssnelheid is ingesteld.
• Zorg ervoor dat de deur volledig gesloten is voordat een
voedingsprogramma gestart wordt.
• Zorg ervoor dat er geen overmatig schuim in de voe-
dingscontainer aanwezig is en dat er voldoende voeding
in de voedingscontainer zit voor de benodigde voedings-
therapie.
• Indien de container leeg is, vervang de container en
vervolg het voeden. Indien noodzakelijk, vul de set (FILL
SET).
• Maak de luchtsensor schoon.
• Controleer of de pompset correct is geplaatst
(fig. 5a-5d).
• Sluit de adapter op de pomp en het stroomnet aan en
laad de pomp gedurende ongeveer 6 uur op. Tijdens het
laden kan de pomp worden gebruikt.
• Schakel de pomp uit en neem contact op met uw medische
zorgverlener of laat de pomp onderhouden.
• Druk opnieuw op de "FILL SET"-toets om de pomp te
stoppen en deze opnieuw in pauze te zetten.
• Stop het alarm door op "START/STOP" te drukken.
• Neem de pompset uit de pomp en controleer de door-
gankelijkheid van de pompset
• Plaats de pompset in de pomp en start de pomp opnieuw.
• Maak de sensoren schoon, plaats de pompset weer in de
pomp en start de pomp opnieuw.
• Stop het alarm door op "START/STOP" te drukken.
• Neem de pompset uit de pomp en controleer de door-
gankelijkheid van de pompset.
• Controleer de doorgankelijkheid van de sonde.
• Plaats de pompset in de pomp en start de pomp
opnieuw.
• Maak de sensoren schoon, plaats de pompset weer in de
pomp en start de pomp opnieuw.
• Stop het alarm door op "START/STOP" te drukken.
• Start de pomp door op "START/STOP" te drukken en laat
ze een paar seconden werken.
• Stop de pomp door opnieuw op "START/STOP" te druk-
ken; verzeker je ervan dat er geen OCC OUT alarm was.
• Haal de pompset uit de pomp en plaats hem opnieuw.
• Start de pomp opnieuw.
• De instelfunctie is geblokkeerd in de instelmodus van de
pomp. Vraag uw medische zorgverlener deze instellingen
te wijzigen.
-13-
10/11/16 16:17