nl
Storing
Bij het uitvoeren van de func-
ties "positioneren", "rangeren"
of "terugstellen", wordt de actie
onverwacht onderbroken.
Terugstellen van de aandrijvin-
gen functioneert niet
Rangeren functioneert niet naar
behoren. Caravan reageert niet
naar wens of helemaal niet
42
Mogelijke oorzaak
Radioverbinding slecht of on-
derbroken
Systeem defect
Fout bij eerste inbedrijfstelling
Afstandsbediening in foutieve
bedrijfsmodus.
Nulstand van de joystick is ver-
schoven.
Bandenspanning te laag
Stijging te groot
Hindernis bij de wielen
Aandrijving vuil
Gladde ondergrond
Afstandsbediening defect
Voedingsaccu van de aandrij-
vingen leeg
Radioverbinding slecht of on-
derbroken
Temperatuur van de aandrijvin-
gen te hoog
Vertaling van de originele gebruikershandleiding
Hulp bij storingen
Oplossing
Afstand tot de aandrijvingen ver-
kleinen, minimale afstand van
0,5 m aanhouden
De afstandsbediening met in-
gedrukte terugstelknoppen op
de vrijgaveschakelaar houden
– aandrijvingen worden terug-
gesteld. Procedure eventueel
eenmaal herhalen. Als dat niet
functioneert: Aandrijvingen
handmatig terugstellen
Eerste inbedrijfstelling herhalen
Als in de inleermodus de LED
"maximaal stijgvermogen" brand,
druk dan gelijktijdig de toetsen 4
en 7 in. De LED dooft.
Joystick opnieuw kalibreren. In
de leermodus de knoppen 4 en
5 of 6 en 7 afhankelijk van de
montagepositie kort indrukken.
De joystick hierbij niet aanraken
Bandenspanning bij caravan cor-
rigeren
Caravan met het trekvoertuig
naar vlakker terrein verplaatsen
Controleren of de wielen tegen
een hindernis (bijv. stoeprand of
steen) staan
Aandrijving en wielen reinigen
Ondergrond bij alle wielen con-
troleren
Afstandsbediening vervangen en
eerste inbedrijfstelling uitvoeren
Accuweergave op de afstands-
bediening bekijken, accu contro-
leren, laden
Afstand tot de aandrijvingen ver-
kleinen. Minimale afstand van
0,5 m aanhouden
LED op de afstandsbediening
bekijken. Aandrijvingen laten af-
koelen