Publicidad
012112 MONTAGEHANDLEIDING.
1. Meegeleverde onderdelen en bevestigingsmaterialen van de trekhaak verwijderen. Eventueel
aanwezige kit ter plaatse van de bevestigingspunten verwijderen.
2. Demonteer de bumper en de bumpersteunen (deze laatste komen te vervallen) en verwijder de
koffervloerbekleding. Verwijder de achterste ophangrubbers van de uitlaat en demonteer aan
de zijde van de chassisbalk de bevestiging van de schermplaat.Bij de typen vanaf 1985
moeten de gaten "B", welke zijn voorgecenterd, doorgeboord worden op ø 12,5 mm. De niet
benutte vrijgekomen gaten van de bumpersteunen moeten worden dichtgekit.
3. Boor een gat in de bumper van ø 51, welke d.m.v. een center op de binnenzijde van de bumper
staat aangegeven, zodat hierdoor de koppelingskogel van de trekhaak geplaatst kan worden.
Verwijder stukken uit de binnenbumper, zodat de trekhaak vrij ligt.
4. Monteer de bumper op de trekhaak bij de gaten "A" en plaats het geheel met de gaten "B" en
"C" bij de vrijgekomen gaten van de bumpersteunen. Plaats vervolgens de steunen "1" en "2" in
de kofferruimte bij deze overeenkomstige gaten en monteer de bouten M10x40 (kw. 10.9) bij
"B". (veer- en sluitringen)
5. Plaats steun "3" in de kofferruimte bij de bestaande gaten "D" en "F", plaats de kontraplaat "5"
aan de onderzijde bij de gaten "D" en monteer de bouten M10x40 (sluitringen!). Plaats de
kontrastrip "4" aan de onderzijde bij de gaten "F" en "G" en monteer de bout M10x30 bij "F"
(veer- en sluitring). Zorg dat het kontraplaatje "4" precies recht ligt en boor gat "G" langs de
onderzijde door op 11 mm. (let op dat de moer aan de binnenzijde niet beschadigd wordt).
Monteer bij "G" de bout M10x30 (veer- en sluitring!).
6. Boor de gaten "E" (met een haakse boortol) door op ø 13 mm, plaats steun "6" aan de
onderzijde en monteer de bouten M10x30. Druk de steun met de gaten "H" tegen de onderzijde
en boor deze gaten door op ø 10,5 mm. Verwijder de rubberdop uit de onderzijde van de
chassisbalk en plaats langs dit gat de bouten M10x30 bij de geboorde gaten. (sluitringen!).
7. Plaats de kontraplaatjes "7" bij de gaten "C" van de bumper en monteer de bouten M10x50 (kw.
10.9) langs de binnenzijde. (veer- en sluitringen).
8. Monteer de stekkerdoosplaat op de kogelstang met de bijbehorende beugel d.m.v. de bout en
moer M8x30.
9. Zet de trekhaak vast. Hierbij de volgende aanhaalmomenten hanteren:
M 8 - 23 Nm
M10 - 46 Nm ( 8.8)
M10 - 68 Nm (10.9)
Het is noodzakelijk om na ca. 1000 km gebruik de boutverbindingen na te trekken (volgens
gegeven aanhaalmomenten).
10. Bosal kan niet aansprakelijk worden gesteld voor enig gebrek in het produkt zoals veroorzaakt
door de schuld of door welk onoordeelkundig gebruik ook van de gebruiker of een persoon
voor wie hij aansprakelijk is (art. 185, lid 2 N.B.W.).
012112 ANBAUANWEISUNG
1. Die Anhängevorrichtung auspacken und die Befestigungsteile auf Vollständigkeit überprüfen. Im Bereich
der Befestigungspunkte den Unterbodenschutz entfernen.
2. Den Stoßfänger und die Stoßfängerstützen demontieren (die Stützen werden nicht mehr benötigt). Die
Kofferraummatte entfernen. Die hinteren Aufhängegummis des Auspuffs entfernen und an der Seite des
Chassisrahmens die Befestigung des Abschirmblech demontieren.
Für Type ab 1985 müssen die angekörnten Löcher "B", auf ø 12,5 mm gebohrt werden. Die nicht
benötigten Löcher der Stoßfängerstützen müssen mit Kit abgedicht werden.
3. Für die Durchführung der Kugel durch den Stoßfänger, eine Bohrung von ø 51 mm herausschneiden. Der
Mittelpunkt dieser Bohrung ist im Stoßfänger markiert. Für die Durchführung der Kugelstange Teile aus
dem Innenteil des Stossfängers herrausschneiden.
4. Den Stoßfänger an die Löcher "A" der Anhängevorrichtung montieren und das Ganze mit den Löchern
"B" und "C" an die vorhandenen Löcher der Stoßfängerstützen legen. Die Stützen "1" und "2" im
Kofferraum an die übereinstimmenden Löcher legen und die Schrauben M10x40 (10.9) mit Federringen
und Unterlegscheiben an die Löcher "B" montieren.
5. Die Stütze "3" im Kofferraum an die vorhandenen Löcher "D" und "F" legen, die Gegenplatte "5" an der
Unterseite an die Löcher "D" legen und die Schrauben M10x40 und Unterlegscheiben montieren.
Die Gegenplatte "4" an der Unterseite an die Löcher "F" und "G" legen und die Schraube M10x30 mit
Federring und Unterlegscheibe an das Loch "F" montieren. Achtung: Gegenplatte "4" ausrichten und Loch
"G" durch die Unterseite auf ø 11 mm bohren.
(Achtung: die Mutter an der Innenseite nicht beschädigen).
Die Schraube M10x30, Federring und Unterlegscheibe an Loch "G" montieren.
6. Die Löcher "E" mit einer Winkelbohrmaschine auf ø 13 mm bohren, die Stütze "6" an der Unterseite legen
und die Schrauben M10x30 montieren. Die Stütze mit den Löcher "H" gegen die Unterseite drücken und
diese Löcher auf ø 10,5 mm bohren. Die Gummiabdichtung aus der Unterseite des Chassisrahmens
entfernen und durch dieses Loch die Schrauben M10x30 und Unterlegscheiben an die gebohrten Löcher
legen.
7. Die Gegenplatten "7" an die Löcher "C" des Stoßfängers legen und die Schrauben M10x50 (10.9),
Federringen und Unterlegscheiben durch die Innenseite montieren.
8. Die Steckdosenhalteplatte mit Bügel, Schraube M8x30 und selbstsichernder Mutter an die Kugelstange
befestigen.
9. Die Anhängevorrichtung ausrichten und alle Schrauben mit folgenden Drehmomenten anziehen:
M 8 - 23 Nm
M10 - 46 Nm ( 8.8)
M10 - 68 Nm (10.9)
Nach ca. 1000 km die Bolzenverbindungen, wie angegeben, nachziehen.
10. Für einen Mangel am Produkt, der durch den Fahrzeughalter oder eine andere Person aufgrund
unsachgemäßer Benutzung verursacht wurde, übernimmt Bosal keine Haftung. (art. 185 lid 2 N.B.W.)
Publicidad
