Elektrische Verbindingen; Overwegingen M.b.t. De Locatie - SunPower E Serie Instrucciones De Seguridad E Instalación

Ocultar thumbs Ver también para E Serie:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 40
De omloopdioden worden in de fabriek geïnstalleerd in elk
paneel. De dioden hebben de volgende classificatie;
1.
8A, 45 PIV (Pieksperspanning)
voor 72 & 96 celpanelen.
2.
12A, 200 PIV (Pieksperspanning)
voor 128 celpanelen.
Een fotovoltaïsch paneel kan meer stroom en/of spanning
veroorzaken dan wordt gerapporteerd onder STV. Zonnig,
koel weer en de weerspiegeling van sneeuw of water kan het
stroom- en uitgangsvermogen verhogen. Om die reden
moeten de I
en V
-waarden vermeld op het paneel worden
sc-
oc
vermenigvuldigd met factor 1,25 bij het bepalen van de
nominale spanning, de toelaatbare stroom van een geleider,
het kalibreren van de zekeringen en het meten van de
bedieningselementen verbonden met de PV-uitgang. Volgens
bepaalde
regelgeving
vermenigvuldigingsfactor van 1,25 vereist zijn voor het
kalibreren van de zekeringen en de geleiders.
SunPower beveelt het gebruik aan van temperatuur-
coëfficiënten
voor
open
informatiebladen
bij
de
bepaling
Systeemspanning.
4.0

Elektrische verbindingen

Panelen kunnen serieel en/of parallel worden aangesloten
om de gewenste elektrische uitgangsspanning te bereiken,
voor zover aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan.
Gebruik
uitsluitend
hetzelfde
gecombineerde source-schakeling.
De contacten op de SunPower-panelen worden geleverd met
een vergrendelende veiligheidsklem die, zodra verbonden,
het gebruik van een werktuig vereist om de verbindingen
tussen de verschillende panelen los te koppelen.
Dit beveiligt het paneel tegen het loskoppelen van onder
stroom staande panelen door onopgeleid personeel. Dit kan
worden beschouwd als een wijziging in de volgende update
van IEC 61730.
SunPower beveelt aan dat alle bedrading dubbel wordt
geïsoleerd met een minimale classificatie van 85ºC (185°F).
Alle bedrading moet worden uitgevoerd met flexibele koperen
(Cu) geleiders. De minimumafmeting moet worden bepaald
op basis van de toepasselijke regelgeving. We raden een
formaat van ten minste 4 mm
geschikt zijn voor de gebruikte installatiemethode en moet
voldoen aan SCII (Veiligheidsklasse II) en de vereisten van
IEC 61730.
4.1 Aarding van het systeem
Raadpleeg de toepasselijke regionale en lokale regelgeving
met
betrekking
tot
de
aarding
montagekaders
voor
de
bescherming tegen bliksem).
Module Naam
Compatiebel met transfolose omvormer (TL).
Geen aarding vereiste (inclusief functionele frame awarding)
E Serie:
SPR-EYY-ZZZ SPR-EYY-ZZZ-BLK SPR-EYY-ZZZ-COM
X Serie:
SPR-XYY-ZZZ SPR-XYY-ZZZ-BLK SPR-XYY-ZZZ-COM
Nota: Indien u een ouder type van module installeert dan
hierboven vermeld gelieve de voorgaande veiligheids- en
instructiehandleiding te raadplegen.
© Februari 2013 SunPower Corporation. Alle rechten voorbehouden Specificaties omvat in deze handleiding zijn onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving.
kan
een
bijkomende
spanning
vermeld
in
de
van
de
Maximale
type
panelen
in
een
2
aan. Het isolatietype moet
van
PV-reeksen
en
specifieke
vereisten
(bijv.
Veiligheids- en installatie-instructies - Document 001-15497 Rev I
Vermijd tijdens de aarding, van de kaders het directe
contact
tussen
aluminium
tussenliggend metaal zoals staal of tin.
4.2 Seriële verbinding
De panelen kunnen serieel worden bedraad om de gewenste
uitgangsspanning te produceren. U mag de maximale
systeemspanning niet overschrijden.
4.3 Verbinding in parallel
De panelen kunnen parallel worden bedraad om de gewenste
uitgangsspanning te produceren. De seriële string moet
worden
voorzien
van
een
gecombineerd met andere strings als de geproduceerde
maximale sperspanning hoger is dan de classificatie van de
zekering,
zoals
vermeld
Omloopdioden worden in de fabriek geïnstalleerd in de
panelen. Raadpleeg de toepasselijke regionale en lokale
regelgeving voor bijkomende vereisten met betrekking tot de
zekeringen en beperkingen op het maximum aantal in parallel
geïnstalleerde panelen.
5.0
Montage van de panelen
De Beperkte Garantie van SunPower voor PV-panelen is
enkel van toepassing als de panelen worden gemonteerd
conform de vereisten beschreven in dit onderdeel.

5.1 Overwegingen m.b.t. de locatie

SunPower-panelen moeten worden gemonteerd op locaties
die voldoen aan de volgende vereisten:
Operationele temperatuur: Alle SunPower-panelen moeten
worden gemonteerd in een omgeving met de garantie dat de
SunPower-panelen operationeel zullen zijn binnen de
volgende maximale en minimale operationele temperaturen:
Maximale operationele
temperatuur
Minimale operationele
temperatuur
U moet ervoor zorgen dat er voldoende ventilatie aanwezig is
achter de panelen, in het bijzonder in een warme omgeving.
Ontwerpsterkte: De SunPower-panelen zijn ontworpen om
een maximale positieve (of opwaartse, bijv. wind) en
negatieve
(of
neerwaartse,
ontwerpdruk te weerstaan van 2400 Pa (Pascal; 245 kg/m
indien gemonteerd in alle montageconfiguraties gepreciseerd
in onderdeel 5.2. Een ontwerpsterkte van 2400 Pa stemt
overeen met een windsnelheid van ongeveer 200 km/u
(125 mph).
SunPower-panelen worden ontworpen om een maximale
negatieve (of neerwaartse, bijv. sneeuwlaag) ontwerpdruk
van 5400 Pa (Pascal; 550 kg/m
volgende montageconfiguraties, enkel indien gemonteerd in
overeenstemming met onderstaande onderdeel 5.2. De
ontwerpsterkte
van
5400
SunPower en gecertificeerd.
1)
72 celpanelen met afmetingen van (1559 mm x
798 mm) weerstaan aan een druk van 5400 Pa
in de volgende montageconfiguraties beschreven in
onderstaande onderdeel 5.2
a.
Openingen in het kader
b.
Drukklemmen of -clips
c.
Eindmontage
SUNPOWER CORPORATION
en
koper
door
een
zekering
voor
ze
wordt
in
de
informatiebladen.
+85° Celsius, +185° Fahrenheit
-40° Celsius, -40° Fahrenheit
bijv.
statische
belasting)
2
) te weerstaan voor de
Pa
werd
geverifieerd
door
2
)

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido