WERKING EN BEDIENING
NL
Schakel de stroom in bij de zekerings- of schakelkast.
Afstellen van de sensorkop:
1. Nadat alle aanpassingen van de bewegingssensor zijn voltooid, draait u de bewegingssensor
(O) zodat de bedieningselementen naar de montagebeugel (P) zijn gericht en de twee punten
(K) in één lijn zijn. (Zie Afb.2)
2. Gevoeligheid van de bewegingssensor
• U kunt de gevoeligheid van de bewegingssensor (O) aanpassen met behulp van de "MOTION
SENSITIVITY"-keuzeschakelaar aan de achterkant van de sensor (zie Afb. 4). Loop door de
detectiezone op de verste afstand die u wenst te detecteren.
Opmerking: Een te hoog ingesteld bereik kan de kans op een foutieve activering vergroten.
• Pas de gevoeligheid van de bewegingssensor (O) aan om de gewenste prestaties te bereiken.
• Het bereik bij benadering voor elke instelling reikt van ca. 3m tot 12m.
Afstellen van de lichtkop:
1. Pak de lichtkoppen voorzichtig vast en beweeg ze omhoog of omlaag, naar links of naar rechts
om het lichtdekkingsgebied aan te passen. (Zie Afb.3)
2. Houd de lichtkoppen 30° horizontaal naar beneden om waterschade en elektrische schokken
te voorkomen.
Opmerking: Wanneer de stroom voor het eerst wordt ingeschakeld, zal het licht aan gaan.
De sensor heeft 30 seconden nodig om op te warmen.
1. "
" -MODUS (dag- en nachtwerking) (Zie Afb. 4)
• Zet de knop in de "
branden als er beweging wordt waargenomen.
Wanneer er geen beweging meer wordt gedetecteerd, blijft deze ingeschakeld gedurende de
vooraf ingestelde uitschakelvertragingstijd (5s~3min) en schakelt vervolgens automatisch uit.
• In de "
" -modus kan de verlichting en de gevoeligheid worden getest.
2. " " -MODUS (alleen bij nachtwerking ) (Zie Afb. 4)
• Zet de knop in de " " -positie, de lamp gaat aan na afloop van de opwarmperiode en blijft
branden als er beweging wordt waargenomen.
Wanneer er geen beweging meer wordt gedetecteerd, blijft deze ingeschakeld gedurende de
vooraf ingestelde uitschakelvertragingstijd (5s~3min) en schakelt vervolgens automatisch uit.
• Het licht gaat automatisch uit bij zonsopgang.
3. Handmatige onderdrukkingsmodus (Zie Afb. 5)
• Om naar de handmatige onderdrukkingsmodus (O) om te schakelen, zet u de wandschake-
laar "UIT" en vervolgens binnen 3 seconden "AAN". Het licht blijft de hele nacht branden. Om
terug te schakelen naar de "
binnen 3 seconden weer "AAN".
• Het licht gaat automatisch uit bij zonsopgang.
AANPASSINGSMOGELIJKHEDEN
Uitschakelvertraging
• De uitschakelvertraging is de duur van de tijd dat het licht op lichtsterkte blijft nadat er beweging
(M) is waargenomen.
• U kunt de uitschakelvertraging instellen door de pijl van de vertragingstijdknop zo te draaien
dat deze wijst naar de gewenste tijdinstelling binnen het "TIME"-bereik (5s~3min). Om de
uitschakelvertraging te vergroten, draait u de knop met de klok mee. Om de uitschakelvertrag-
ing te verkleinen, draait u de knop tegen de klok in.
OPMERKINGEN
1. De gevoeligheid van de bewegingssensor zal toenemen naarmate de omgevingstemperatuur
koeler wordt. Voor de beste prestaties maakt u de lens om de 1 of 2 maanden voorzichtig
schoon met een zachte doek om de maximale gevoeligheid te garanderen.
2. Installeer, voor de beste prestaties, de armatuur ten minste 2,5m boven de grond. Op zo'n
hoogte zorgt de armatuur voor een detectieafstand tot 12m bij 25°C. (Zie Afb. 6)
3. De sensor (N) detecteert beweging binnen een detectiebereik van 180 graden. (Zie Afb. 7)
4. De sensor (N) zal gevoeliger zijn voor beweging (M) schuin over zijn detectiebaan dan beweging
(M) direct op de sensor af. (Zie Afb. 8)
5. Om mogelijke overlast te verminderen, mag u de armatuur niet in de buurt van een warmt-
ebron zoals een airconditioner, ontluchter of verwarmingsafvoer monteren, of in een richting
die naar een reflecterend object of een andere lichtbron gericht is.
30
" -positie, de lamp gaat aan na afloop van de opwarmperiode en blijft
" - of " " -modus, zet u de wandschakelaar "UIT" en vervolgens
GS-26-MK04-WH21