4.5.1) Geheugenopslag van de zenders
Elke radiozender wordt door de radio-ontvanger herkend via een "code" die bij elke andere zender anders is. Er is dus een fase van "geheu-
genopslag" nodig waardoor de ontvanger in staat zal zijn elke afzonderlijke zender te herkennen; de zenders kunnen op 2 manieren in het
geheugen van de ontvanger opgeslagen worden:
Modus I: in deze modus is de functie van de toetsen van de zen-
der reeds gedefinieerd en is er aan elke toets in de besturingseen-
heid de instructie gekoppeld zoals die in tabel 7 is weergegeven; er
vindt één enkele opslagfase voor elke zender plaats waarvan alle
toetsen worden opgeslagen; tijdens deze fase is het niet van belang
op welke toets u drukt en wordt er slechts één plaats in het geheu-
gen ingenomen. In modus I kan een zender gewoonlijk slechts één
enkele automatisering aansturen.
Modus II: in deze modus kan elke afzonderlijke toets van een zen-
der aan één van de 4 mogelijke instructies van de besturingseenheid
zoals die in tabel 8 weergegeven zijn, gekoppeld worden; per fase
wordt slechts één toets in het geheugen opgenomen en wel die
waarop u tijdens de geheugenopslag drukt. In het geheugen wordt
één plaats voor elke in het geheugen opgeslagen toets ingenomen.
In modus II kunnen verschillende toetsen van dezelfde zender gebruikt
worden om meerdere instructies aan dezelfde automatisering te geven.
Zo wordt bijvoorbeeld in tabel 9 alleen de automatisering "A" aange-
stuurd en de toetsen T3 en T4 aan dezelfde instructie gekoppeld; of in
het voorbeeld van tabel 10 waar 3 automatiseringen "A" (toetsen T1 en
T2), "B" (toets T3) en "C" (toets T4) worden aangestuurd.
!
Omdat de procedures voor geheugenopslag een tijdli-
miet van 10 s kennen, moet u eerst de aanwijzingen in de
volgende paragraaf doorlezen en daarna tot uitvoering
daarvan overgaan.
4.5.2) Geheugenopslag modus I
Tabel 11: voor het opslaan van een zender in modus I
1.
Druk op het knopje op de ontvanger en houd dit ingedrukt (gedurende circa 4s)
2.
Laat het knopje weer los wanneer het ledlampje op de ontvanger gaat branden
3.
Druk binnen 10s tenminste 3s lang op een willekeurige toets van de te bewaren zender
4.
Als de geheugenopslag tot een goed einde is gekomen zal het ledlampje op de ontvanger 3 maal
gaan knipperen.
Indien er nog meer zenders opgeslagen moeten worden, dient u nogmaals stap 3 binnen 10s uit te voeren.
De opslagfase wordt beëindigd, als er binnen 10 seconden geen nieuwe codes ontvangen worden.
4.5.3) Geheugenopslag modus II
Tabel 12: voor het opslaan van een toets op een zender in modus II
1.
Druk zoveel maal op het knopje op de ontvanger als overeenkomt met het nummer van de gewenste
instructie zoals blijkt uit tabel 8
2.
Controleer dat het ledlampje op de ontvanger zoveel maal knippert als het nummer van de gewenste
instructie
3.
Druk binnen 10s tenminste 3s op de gewenste toets van de in het geheugen te bewaren zender
4.
Als de geheugenopslag tot een goed einde is gekomen zal het ledlampje op de ontvanger 3 maal
knipperen.
Indien er voor dezelfde instructie nog meer zenders opgeslagen moeten worden, dient u punt 3 binnen nog eens 10 s te herhalen.
De opslagfase wordt beëindigd, als er binnen 10 seconden geen nieuwe codes ontvangen worden.
Tabel 7: geheugenopslag Modus I
Toets T1
Instructie "PP"
Toets T2
Instructie "Gedeeltelijke opening"
Toets T3
Instructie "Open"
Toets T4
Instructie "Sluit"
N.B.: de zenders met 1 kanaal beschikken alleen over de toets T1, de
zenders met twee kanalen beschikken alleen over de toetsen T1 en T2.
Tabel 8: instructies beschikbaar in Modus II
1
Instructie "PP"
2
Instructie "Gedeeltelijke opening"
3
Instructie "Open"
4
Instructie "Sluit"
Tabel 9: 1ste voorbeeld van geheugenopslag in Modus II
Toets T1 Instructie "Open"
Toets T2 Instructie "Sluit"
Toets T3 Instructie "Gedeeltelijke opening"
Toets T4 Instructie "Gedeeltelijke opening"
Tabel 10: 2de voorbeeld van geheugenopslag in Modus II
Toets T1 Instructie "Open"
Toets T2 Instructie "Sluit"
Toets T3 Instructie "PP"
Toets T4 Instructie "PP"
35
Automatisering A
Automatisering A
Automatisering A
Automatisering A
Automatisering A
Automatisering A
Automatisering B
Automatisering C
NL
Voorbeeld
4s
3s
x3
Voorbeeld
1....4
1....4
3s
x3
169