Inleiding
Het tapwater in de tank van de boiler wordt opgewarmd door
middel van motorolie welke door de verwarmingsspiraal
stroomt.
Gebruik
Handel als volgt alvorens de boiler voor de eerste maal in
gebruik te nemen:
• Reinig de binnenzijde van de tank door middel van spoelen
met schoon leidingwater.
• Reinig ook de binnenzijde van de verwarmingsspiraal; spoel
deze door met een kleine hoeveelheid motorolie.
• Open de afsluiter in de tapwaterleiding tussen pomp en
tank. Open de warmwatertapkraan zodat de tank onlucht
wordt en zich vult met water.
• Start de motor. De verwarmingsspiraal en de toe- en afvoer-
leidingen zullen zich nu vullen.
• Controleer alle verbindingen, leidingen en appendages op
lekkage.
Voorzichtig
Stop onmiddellijk de motor indien lekkage optreedt; ver-
help de lekkage alvorens de motor weer te starten.
• Stop de motor en controleer het olieniveau en vul bij indien
noodzakelijk.
Waarschuwing
Het warme tapwater kan zeer heet zijn, temperaturen van
hoger dan 95˚C zijn mogelijk!
Voor een veilig gebruik dient ruim koud water te worden
bijgemengd.
Waarschuwing
Sluit een van de afsluiters, in de leidingen tussen motor en
boiler, indien de temperatuur van de motorolie gedurende
langere tijd hoger is dan 100˚C. Dit voorkomt kokend
water in de boiler.
De temperatuur van de motorolie is af te lezen op het motorbe-
dieningspaneel.
Elektrisch verwarmen
Met behulp van een elektrisch verwarmingselement, indien
geïnstalleerd, kan bij stilstand van de motor het water op de
gewenste temperatuur gehouden of gebracht worden. Het
opwarmen van tapwater in de boilertank met behulp van een
elektrisch verwarmingselement duurt veelal aanzienlijk langer
dan het opwarmen met behulp van motorwarmte.
2
050607.01
Ter informatie
De hoeveelheid warmte die bij een verbrandingsmotor
moet worden afgevoerd, en dus beschikbaar is om de
boiler op te warmen, is ongeveer gelijk aan het motor-
vermogen. Een motor welke 50 kW aan de as levert,
levert dus ook ca. 50 kW aan warmte! Een elektrisch
verwarmingselement is slechts 0,5 of 1 kW.
Waarschuwing
Schakel het elektrische verwarmingselement nooit in als
de tank van de boiler niet volledig met tapwater gevuld is.
Winterklaar maken
De tapwatertank van de boiler dient te allen tijde afgetapt te
worden. Verwijder hiervoor de slangaansluitingen C en D en de
beide pluggen van de terugslagklep (E). Zet de tapwaterkranen
open zodat de tapwaterleidingen en de tank van de boiler
geheel leeg stromen.
De verwarmingsspiraal behoeft niet te worden afgetapt.
Installatie
Algemeen
Raadpleeg eerst de opstellingstekening en het leidingschema,
zie tek. blz. 14-17.
Montage van de appendages
Pas aan de tapwaterzijde van de boiler uitsluitend appendages
toe van corrosiebestendige materialen (roestvast staal of mes-
sing).
Waarschuwing
Pas absoluut geen appendages van staal of ijzer toe!
Voorzie de tapwaterinlaat van een terugslagklep (8) en de tap-
wateruitlaat van een overdrukventiel (6).
Overdrukventiel
Het overdrukventiel moet afgesteld zijn op 4 bar (4 kgf/cm
opwarming van het tapwater zal het overdrukventiel in werking
treden; waterdruppels en waterverbruik is dan ook een normaal
verschijnsel.
Indien vrij uittredend drupwater ongewenst is, sluit dan de
afvoeraansluiting aan op een drukloze afvoerleiding.
Gebruik bij de montage van alle appendages en fittingen een
goed, losneembaar, schroefdraad-afdichtmiddel. Tijdens onder-
houd of aftappen, tijdens winterklaar maken, kan demontage
noodzakelijk zijn!
2
). Bij
Boiler WH40A