Waarschuwing:
B
Trek de stekker van de babyunit uit het
stopcontact en zorg ervoor dat uw handen en
de unit droog zijn wanneer u de niet-oplaadbare
batterijen plaatst.
Verwijder het deksel van het vak voor de niet-
1
oplaadbare batterijen. (fig. 3)
Plaats vier niet-oplaadbare batterijen (fig. 4).
2
Opmerking:
D
Zorg ervoor dat de + en - polen in de juiste
richting wijzen.
Bevestig het deksel. (fig. 5)
3
Opmerking:
D
Als de batterijen bijna leeg zijn, gaat het
batterijlampje op de babyunit rood knipperen.
4.2 Ouderunit
4.2.1 Gebruik van oplaadbare batterijen
Bij de ouderunit worden twee oplaadbare AAA
NiMh-batterijen van 850 mAh geleverd.
Laad de ouderunit op voordat u deze voor de
eerste keer gebruikt of wanneer de ouderunit
aangeeft dat de batterijen bijna leeg zijn (het
'batterij leeg'-symbool knippert op het display
en de ouderunit piept). De ouderunit geeft 30
minuten voordat de batterijen geheel leeg zijn aan
dat de batterijen bijna leeg zijn.
Opmerking:
D
Wanneer de batterijen geheel leeg zijn, schakelt
de ouderunit automatisch uit en wordt het
contact met de babyunit verbroken.
Verwijder het deksel van het vak voor de
1
oplaadbare batterijen (fig. 6).
Plaats de oplaadbare batterijen (fig. 7).
2
Opmerking:
D
Zorg ervoor dat de + en - polen van de
batterijen in de juiste richting wijzen.
Bevestig het deksel (fig. 8).
3
Steek het apparaatstekkertje in de oplader,
4
steek de adapter in het stopcontact en plaats
de ouderunit in de oplader (fig. 9).
•
Het oplaadlampje op de oplader gaat
branden.
Op het display verschijnt het 'batterij laadt
•
op'- symbool om aan te duiden dat de
ouderunit aan het opladen is.
Laat de ouderunit in de oplader staan tot de
5
batterijen volledig opgeladen zijn.
•
Tijdens het opladen blijft het oplaadlampje
op de oplader branden.
•
Wanneer de batterijen volledig zijn
opgeladen, verschijnt het 'batterij vol'-
symbool T op het display van de
ouderunit.
•
Wanneer u de ouderunit voor de eerste
keer oplaadt of nadat u deze een lange
periode niet hebt gebruikt, schakel de
ouderunit dan uit en laat deze minimaal
10 uur ononderbroken opladen.
•
Normaal duurt het opladen 8 uur, maar
het opladen duurt langer als de ouderunit
tijdens het opladen is ingeschakeld. Schakel
de ouderunit uit om de oplaadtijd zo kort
mogelijk te houden.
•
Als de batterijen volledig zijn opgeladen,
kunt u de ouderunit uit de oplader halen
en deze maximaal 24 uur gebruiken.
Opmerking:
D
Wanneer de ouderunit voor het eerst wordt
opgeladen, is de gebruikstijd minder dan 24 uur.
De batterijen bereiken hun maximale capaciteit
pas als ze vier keer opgeladen en leeggebruikt zijn
geweest.
Opmerking:
D
Wanneer de ouderunit niet in de oplader staat,
lopen de batterijen geleidelijk leeg, zelfs als de
ouderunit is uitgeschakeld.
131