worden gehouden, zodat ze niet met het
apparaat kunnen spelen.
Installatie
Ontkoppel de pomp altijd van het lichtnet
tijdens installatie of hanteren van de pomp
Voorkom letsel; steek uw vingers nooit in de
pompopening.
• Gebruik het hengsel om de pomp aan op te
tillen of te dragen (zie fig. 2)
• Gebruik voor maximale prestaties altijd een
slang met doorsnee van 25 mm of 32 mm
• Zaag het uiteinde van de slang af om deze
passend te maken voor de door u gebruikte
slangdiameter.
25mm (niet nodig om te zagen), 32mm (zaag af
zoals aangegeven op fig. 3)
• Schroef het meegeleverde koppelstuk met
schroefdraad op de pomp (fig. 4).
• Om de pomp aan de sluiten op een slang, duwt
u deze over de inlaat en zet u hem vast met een
roestvaste slangklem (niet meegeleverd). Zorg
dat er geen knikken in de slang zitten zodat
deze ongehinderd afvalwater kan afvoeren. De
prestaties van de pomp zijn afhankelijk van de
lengte en diameter van de slang en de
loshoogte. Gebruik NOOIT een 1/2" (12,5 mm
tuinslang)
• De dompelpomp is voorzien van een
automatische vlotterschakelaar. Deze schakelt
de pomp automatisch aan/uit als het waterpeil
stijgt. Om correct te functioneren dient er rond
de pomp een minimale ruimte van 50 cm vrij te
zijn om te voorkomen dat de vlotterschakelaar
vastloopt op de behuizing (fig. 5).
Beveiliging tegen
overbelasting
• De Hozelock Flood Pump heeft een
ingebouwde thermische
overbelastingsbeveiligingsschakelaar. De pomp
stopt automatisch in geval van overbelasting.
De pomp herstart vanzelf als deze is afgekoeld.
Opstarten van de pomp
• Sluit de pomp aan op een 220-240v
wisselstroom stopcontact (fig. 6).
• Bij handmatig gebruik dient de
vlotterschakelaar ondersteund worden. Bij
handmatig gebruik werkt de pomp tot een
minimaal waterpeil van 70 mm
• Bevestig voor de juiste automatische werking de
vlotterschakelaar zoals aangegeven aan de
pompbehuizing (fig. 7)
Onderhoud
Onder gewone omstandigheden heeft de
dompelpomp geen onderhoud nodig. Wel is het
nodig om zo nu en dan de inlaat te reinigen (zie
fig. 8 & 9).
Zorg dat de pomp niet is aangesloten op
het lichtnet bij het uitvoeren van
onderhoud (fig. 6).
• Fase 1 Reiniging :
Verwijder de 3 schroeven van de bodemplaat en
verwijder aanwezig afvalmateriaal (fig. 8)
• Fase 2 Reiniging :
Verwijder nog 6 schroeven en verwijder aanwezig
afvalmateriaal uit de pompkast (fig. 9)
• Zet de pomp weer in elkaar
Opslag van de pomp
• Bewaar de pomp op een droge, vorstvrije
plaats.
Contactgegevens
www.hozelock.com