De computer uitpakken en installeren
LET OP:
Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de
Productinformatiegids raadplegen.
1 Haal de onderdelen uit de accessoiredoos.
2 Leg de onderdelen klaar, u hebt deze nodig om de computer te kunnen opstarten.
De accessoiredoos bevat tevens gebruikersdocumentatie en eventuele software of extra hardware die u
hebt besteld (zoals pc-kaarten, stations of batterijen).
3 Sluit de netadapter aan op de connector van de computer en de netspanning.
4 Open de computer en druk op het aan/uit-knopje om de computer op te starten (zie "Vooraanzicht" op
pagina 34).
OPMERKING:
Het is aanbevolen om de computer ten minste een keer aan en uit te zetten voor u kaarten
installeert of de computer aansluit op een dockingstation of op een extern apparaat zoals een printer.
Snelle Referentiegids
33