hebben en mag in geen geval zonder toezicht achterblijven. Het kind mag niet in de omgeving van bewegende
delen terechtkomen, terwijl u veranderingen aan de kinderwagen uitvoert. Deze kinderwagen dient regelmatig door
de gebruiker te worden onderhouden.
Let op: om zware letsels door nonchalante omgang met de kinderwagen te vermijden, dient de gordel steeds deskundig
te worden aangelegd. Gebruik het gordelsysteem nooit zonder de schoudergordels.
1. HEt BEVEStIGEN VAN DE IN 1 BABYDRAAGtAS (optionele uitrusting) (Afb. 14a-14c)
Leg geen extra matras in de babydraagtas. De babydraagtas dient met behulp van de plastic haken aan de D-
ringen, die zich op het kinderwagenzitje bevinden (afb. 14a), te worden bevestigd. om de babydraagtas nog
aanvullend te beveiligen, bevestigt u de aan de babydraagtas aangebrachte nylonriem aan de rugleuning van de
kinderwagen (afb. 14b-14c).
oPtIoNELE SPECIALE UItRUStING 1 – REISSYStEEM MEt DUBBELE FUNCtIE (VooR HEt INkoPEN &
VooR oNDERWEG MEt DE AUto):
Deze kinderwagen is zo geconcipieerd, dat het hauck Car® autokinderzitje als reissysteem kan worden aangebracht.
Gelieve om het autokinderzitje op de kinderwagen aan te brengen, de volgende stappen uit te voeren:
A. ontgrendel de rugleuning van de kinderwagen en breng deze in de laagste liggende positie, open dan de
zijbekledingen (links en rechts) aan de kinderwagen (afb. A).
B. zet het hauck CAR® autokinderzitje op de kinderwagen, waarbij het autokinderzitje zodanig uitgelijnd dient te zijn, dat
het kind in de richting van de duwstang van de kinderwagen kijkt. Bevestig de zijbevestiging van het autokinderzitje
aan de bevestigingsinrichting op de armleuning van de kinderwagen (afb. B). Probeer voorzichtig het autokinderzitje
naar boven te trekken, om te controleren, of het veilig is bevestigd.
C. U kunt de greep van het autokinderzitje naar achter vouwen, door op de knoppen aan beide zijden van het
autokinderzitje te drukken (afb. C).
D. om het autokinderzitje te ontgrendelen, brengt u de greep van het autokinderzitje in verticale positie. Houd de greep
van het autokinderzitje bovenaan vast, schuif de bovenste knop naar links, en druk dan op de onderste knop. Nu is
het autokinderzitje ontgrendeld (Afb. D1 & D). Neem het autokinderzitje dan voorzichtig naar boven weg en sluit de
zijbekledingen van de kinderwagen.
oPtIoNELE SPECIALE UItRUStING – Autokuipzitje:
Deze kinderagen is zodanig geconcipieerd, dat het hauck CAR CoCooN autokuipzitje voor de auto daarop kan
worden aangebracht.
1. ontgrendel de rugleuning van de kinderwagen en breng deze in de laagste liggende positie, open dan de
zijbekledingen (links en rechts) aan de kinderwagen (Abb. i).
. zet het hauck CAR CoCooN® autokuipzitje voor de auto op de kinderwagen, waarbij het autokuipzitje voor de
auto zodanig uitgelijnd dient te zijn, dat het kind in de richting van de duwstang van de kinderwagen kijkt. Bevestig
de zijbevestiging van het autokuipzitje op de bevestigingsinrichting op de armleuning van de kinderwagen (afb. ii).
Probeer voorzichtig het autokuipzitje naar boven te trekken, om te controleren, of het veilig is bevestigd.
3. U kunt de greep van het autokuipzitje naar achter vouwen, door de knoppen aan beide zijden van het autokuipzitje
in te drukken (afb. iii).
4. om het autokuipzitje voor de auto te ontgrendelen brengt u de greep van het autokuipzitje in de verticale positie.
Houd de greep van het autokuipzitje bovenaan vast, schuif de bovenste knop naar links, en druk dan op de onderste
knop. Nu is het autokuipzitje ontgrendeld (afb. iv & v). Neem het autokuipzitje dan voorzichtig naar boven weg en sluit
de zijbekledingen van de kinderwagen.
5. overtuig er u steeds van, dat het autokuipzitje veilig is bevestigd, voor u de baby er in legt. De babywieg is geschikt
voor baby's met een leeftijd tussen 0 maanden en 9 maanden.
VERzoRGING EN oNDERHoUD
Algemeen
Gelieve de functie van de kinderwagen in regelmatige intervallen te controleren. zorg ervoor, dat het frame stabiel is, dat
de schroeven vast zijn aangehaald, de vergrendelingen veilig gesloten zijn, de wielen veilig gemonteerd en de remmen
volledig functioneel zijn. Controleer af en toe de overtrek om te vrijwaren, dat de naden nog intact zijn en controleer de
kwaliteit van de plastic delen. Gebroken of versleten slijtagedelen moeten onmiddellijk worden vervangen. Handel op
dezelfde wijze met gebroken, gescheurde, defecte of versleten delen. Gelieve uitsluitend originele reserveonderdelen
van hauck te gebruiken.
Stel de kinderwagen niet bloot aan sterke zonnestraling, omdat de kwaliteit van de textielovertrekken en de plastic delen
daaronder kan lijden.
Reinigen van de bekledingen
Neem de bekledingen af van het frame, door de lussen, stiften of schroeven los te maken. Lees voor de reiniging de
aanwijzingen op het ingenaaide etiket.
om de bekleding behoedzaam te reinigen, wist u er gelijkmatig over met een vochtige doek. Indien er geen delen
van plastic, hout of metaal op of in de bekleding aanwezig zijn, dan kan de bekleding in de wasmachine bij 30°C en
een wasprogramma voor fijne was met een gemiddeld toerental worden gewassen. De bekleding dient aan de lucht
gedroogd, maar daarbij niet aan hevige zonnestraling te worden blootgesteld. Droog de bekleding niet in de wasdroger,
omdat zij anders krimpt. Breng de bekledingen eerst opnieuw aan op het frame, wanneer zij volledig droog zijn.
Reinigen van het frame
Wis de kinderwagen na de reiniging of na gebruik bij regen en sneeuw droog met een zachte doek. Gebruik slechts een
zacht zeepsop of lauwwarm water om het metalen frame te reinigen. Plasticdelen kunnen met zachte wasmiddelen
worden gereinigd.
onderhoud van de wielen
De wielen dienen regelmatig gereinigd en onderhouden te worden. Voor de bescherming tegen roest en andere resten,
dienen de velgen indien nodig met een anticorrosie middel en smeermiddel te worden behandeld. zorg ervoor, dat
resten van strooizout in de winter met warm water en een vochtige doek onmiddellijk na het gebruik worden verwijderd.
Bevrijd de wielen en wielassen in regelmatige intervallen van vuil.
NL
15